De groote Europeesche oorlog Het dagboek van Marinus Cornells Stouthamer Gebeurtenissen uit den Europeeschen oorlog 53 Hier kan ik nu een begin maken om wapenfeiten te vermelden en toch zijn wij nog maar aan 7 Augustus. Den 29c Juli wordt hier in de gemeente de landweer opgeroepen tegen ’s avonds 11 uur. Deze moesten weg om de grenzen en de spoorbrug op Sluiskil te bewaken. Den 30c Juli worden, tot aller schrik, alle soldaten onder de wapenen geroepen; de algehele mobilisatie voor Nederland wordt afgekondigd. Ondertusschen houdt ieder het oog gericht op Duitschland en Rusland want daar hangt het van af, doch hier hoeft niet langer op gewacht te worden want den 31L Juli verklaart Duitschland aan Rusland en Frankrijk den oorlog. Oh gruwel, de teerling is geworpen en gaat aan het rollen. Alle menschen zijn bang en zien den toekomst donker in. Donker is ook de politieken toestand, zoo als ook het weer; dikke, zwarte wolken drijven door de lucht met regenbuien, alle dagen, hetwelk nog drukkender op de mensch weegt. Duitschland is Oostenrijks vriend, maar Rusland is Servië’s vriend, alzoo zaten die twee al gauw leclijk naar elkaar te kijken. Dus, den Europeesche Oorlog, waar al tweehonderd jaar lang aan geloofd werd, als een zeker te gebeuren gebeurtenis, komt voor den dag. Den strijd die millioenen soldaten in het veld zal brengen en waarvan nog tientallen millioenen menschen van huiveren zullen. Wij zelf ook weten nu nog niet of God ons Nederland beschermen zal of onze gemeente of ons huis. Wij hopen en bidden dat den Grooten almachtigen Vader zijne kinderen behoeden en weiden zal. Den 28 Juni 1914, werd den aartshertog Frans Ferdinand, troonopvolger van het keizerrijk Oostenrijk - Hongarije te Sarajevo in een provincie in Servië, hetwelk voor eenige jaren door Oostenrijk geannexeerd werd, vermoord met zijn gemalin Sophie, door revolverschoten van een individu, die ook direct gevangen werd genomen. Dit bracht natuurlijk een heele opschudding teweeg, doch eenige dagen later, na de begraving van beide slachtoffers hoorde men er niet meer over spreken. Ieder dacht dat dat geval uit de wereld was, doch de Oostenrijksche regeermg dacht er in stilte anders over. Zij liet het geval grondig onderzoeken, stuurde er spionnen en verkleede detectieven op uit om aan het licht te brengen wie hierin de rechte schuldigen waren en ontdekte alzoo een heel complot. Naar men zegt waren daarin hooggeplaatste hoofden van Servië, rechters, advocaten, officieren, burgemeesters enz. betrokken, die den moordenaar het wapen in de hand gestoken hadden. Zoo voelde Oostenrijk zich beleedigd en terwijl niemand meer aan die gebeurtenis dacht, stuurde Oostenrijk op 23 juli 1914 aan Servë een ultimatum. Als een donderslag bij helderen hemel stond eenieder als verslagen te kijken. Dit had niemand verwacht, zelfs geen enkele regccring van geheel Europa. Het ultimatum behelsde de bestraffing van een ieder die in dat komplot betrokken was geweest en nog veel meer eischen die door Servië niet konden worden ingewilligd. Servië kreeg hiervoor de tijd tot 25 juli 1914. Op 28 juli, ’s avonds om 6 uur verklaarde Oostenrijk - Hongarije aan Servië den oorlog, daar Servië geantwoord had dat het zonder zijn souvereinitcit te schenden aan de gestelde eischen niet kon of mocht voldoen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van de Stichting Heemkundige Kring Sas van Gent | 2005 | | pagina 55