64
Vooral vreest men voor de graaninvoer. De scheepsvrachten zijn zeer hoog, de risico’s op zee
niet minder groot en de graanoogst in Amerika is niet naar wensch uitgevallen. De magere
jaren staan voor de deur, opgepast met voeding en kleeding.
Door de smokkelaars wordt dan bovendien nogmaals zoveel uitgevoerd. Er wordt wel jacht
op gemaakt, doch het meeste gaat er toch wel over. Kleding, leer, vleesch en brandstof stijgen
enorm. Men kan met zijn dagelijkse verdiensten niet meer doen zoo als voor den oorlog. Het
is te bedeelen en uit te kijken.
Wij teekenen half October en geen nieuws te melden. Het is nog gewoon als voorgaande
maanden. Onze suikercampagne staat voor de deur, dan heb ik geen tijd om te schrijven, dus
zal ik de gebeurtenissen onthouden. De oogst is nogal goed geweest en de bieten belooven
ook nog al. Kolen, kalksteen en wat verder voor de campagne noodig is, hebben wij
Wat onze gemeente Sas van Gent betreft; och het is oorlog en de staat van beleg en de
moeilijkheden blijven hier op de grens toch zeker niet uit. Zoo zijn onze autoriteiten, door de
smokkelhandel, verplicht streng op te treden als wij petroleum met 5 liter tegelijk moeten
vervoeren. Dan moet daarvoor een bewijs gehaald worden bij den militairen commandant.
Daarop moet vermeld staan wie, om wat, tijd en welke datum het vervoer zal geschieden.
Komt men dan een kommies tegen, die om uw bewijs vraagt en kan men zoo’n bewijs niet
toonen dan wordt uw waar afgenomen en proces verbaal opgemaakt alsof u een smokkelaar
waart.
Ook worden regeeringskaarten uitgegeven voor brood, hetwelk dan ook regeeringsbrood
wordt genoemd. Dit kost 12 cents per kilo. De bakkers krijgen daarvoor apart meel hetwelk
een zeker aantal kg. brood vertegenwoordigt. Nu is 12 cents natuurlijk te goedkoop, doch de
bakkers krijgen 2 cents per brood als bakloon van de gemeente terugbetaald, waarvoor ieder
iets door de regeering wordt tegemoet gekomen inzake broodvoeding. Doch hoofdzakelijk is
deze voeding toe te schrijven aan vermindering van graaninvoer in ons land. Dat brood wordt
veel gebakken voor volksvoeding, wat vroeger aan de dieren werd gevoerd en u moet u niet
voorstellen dat dit ook mooi blank wittebrood is, dat is vooral niet het geval.
Lekker of aantrekkelijk is dat brood niet, het is donker van kleur, veel gruis en meer afval van
tarwe wordt er in gebruikt dat het zodoende meer op roggebrood trekt dan op tarwebrood. Als
men echter bedenkt dat een kg. wittebrood 24 cents kost dan kan men met oorlogsbrood toch
heel wat goedkoper leven. Zuinigheid moet betracht worden in alle zaken.
Wij zullen eerst nog eens terugkeeren naar eigen land en gemeente. In het verdere Nederland
gaat alles nog zijn gang al gaat het met wat meer moeilijkheden dan vroeger, voor den oorlog.
Het gaat en men is er al aan gewoon geraakt. Zelfs zoo, dat een ieder zoo gerust is alsof er
voor ons geen vrees meer is en dat is ook niet goed. Wij kunnen gerust zijn als alles
afgeloopen is, doch zoo lang die wereldbrand rond ons woedt vallen er vonken ook op ons af
en als er dan geen bekwame blussers zijn dan gaat ook onze boerderij, zoo goed als die van de
buurman. Dus opgepast.
Ieder moet voor het land en volk neutraal zijn en blijven en geen partij opnemen, want daar
kan een volk veel aan doen. Als er bijvoorbeeld veel aanhangers moesten zijn van het dagblad
Telegraaf, dan zou er hier zeker gauw een oorlogspartij ontstaan die voor ons land heel
onheilzaam zou werken. Doch het volk is gelukkig nogal wijs en begrijpt dat een beetje te
kort of wat moeilijkheden toch te verkiezen zijn boven oorlog.
Alzoo gaat de tijd maar door, half de zomer (1915) zijn we al gevorderd en weinig is er te
zien ofte bekennen wat op vrede trekt, Men hoort al en leest in de kranten dat de strijdenden
zich al voorbereiden een winterkamp door te maken, dus geen prettig vooruitzicht.