97 alles schudt en trilt.aan dit tellen van 40 seconden kan ik alzoo opmaken dat dit stuk slechts 13 km. hier vandaan staat opgesteld, dus kort genoeg om er de gevolgen van te ondervinden. Verder ziet men dagelijks tientallen vliegers de lucht doorklieven en boven onze huizen gevechten leveren, hetwelk zeer gevaarlijk wordt om buiten te zijn. Toch is het voor veel nieuwsgierigen moeilijk binnen te blijven. Daar komt bericht dat de Duitschers op Staakje weg zijn. De draad is doorgeknipt, de palen omver geworpen en alle menschen stroomen naar de grenzen. Waarlijk, het is zoo. De Tot en met 1 November steeds hevige beschietingen zonder echte gewichtige gebeurtenissen. 2 November, ’s morgen zien wij een groote gloed in de lucht. Dit is de fabriek op Terdonk, de kunstmestfabriek van Kuhlman staat in brand. Door de Duitschers in brand geschoten die daarna de bezittingen over het kanaal hebben getrokken, achterlatend wat zij niet konden meenemen. Van 5 uur af ’s morgens hooren wij steeds hevige knallen. Wij dachten natuurlijk dat dit de gebruikelijke kanonnades waren, doch toen tegen 7 uur naar de fabriek ging waren dit zulke hevige slagen dat er de ooren van pijn deden en dit werd steeds heviger en menigvuldiger.Om 8 a 9 uur was het een oorverdovend geknal en gesuis alsof wij wel vanuit Assenede met het zwaarste geschut belegerd werden. 23 October. Steeds hetzelfde bij het ontwaken. Weer steeds kanongedonder, ’s Middags zien wij een vlieger van Gent naar hier komen, tot over Selzaete, keert bij de grens eenigszins meer westwaarts, waardoor wij duidelijk zien dat hij onze grens gezien heeft en alzoo vermijden wil. Van geen gevaar bewust vliegt hij in de richting Assenede, doch als een kooi zwaluwen verschijnen opeens, waar vandaan is voor ieder onbegrijpelijk, voor hem een tiental vijandige vliegers. Aan zijn vliegen kan men duidelijke zien dat hij hiertegen niet schijnt opgewassen en den strijd ontvluchten wil, doch de anderen kunnen ook nog versnellen en hij is alras omsingeld. Daar hooren wij het tikke, tikke, tikke van de machinegeweeren. Hij wankelt, keert over den kop en als een aangeschooten groote vogel valt hij, dwarrelend door de lucht, gevolgd door zijn belagers die nog steeds rond hem vliegen tot zij aan de horizon verdwijnen, doch na een minuut weer te zien zijn. Zij hebben hun buit klaarblijkelijk gevolgd tot op den aardbodem om zeker te weten dat het geen schijnbeweging van hem is. Later hooren wij zeggen dat hij te Bassevelde te pletter en aan stukken gevallen is, bemand met twee Duitsche vliegers. Het zijn voor ons natuurlijk onbekenden. Zelfs wisten wij niet hoeveel menschenlevens daar weer mee verloren gingen, doch ik kan u zeggen dat het toch leelijk aandoet, zoo’n tuimeling uit de lucht. Aan vele toeschouwers was het aan te zien dat zij aangedaan waren, al was het dan ook maar een oogenblik, want wij raken er aan gewoon aan het menschenslachten. In het westen zien wij op vele plaatsen kabelballons hangen, hoog in de lucht, voor uitkijk. Dit zijn Duitschers die de omtrek oriënteeren. Bij het minste gevaar worden deze ijlings naar beneden gehaald. Recht op het westen over onze fabriek, zoo wat in de richting van Bouchaute hangt ook zoo’n gevaarte en is al verscheidene malen omlaag gehaald geweest, doch is, naar blijkt, toch niet waakzaam genoeg geweest. Ik sta er juist naar te kijken als er opeens een roofvogel verschijnt van achter een wolkje, waar hij zich schijnbaar achter verborgen heeft gehouden en wel vlak in de nabijheid van den ballon eenige mitrailleurschooten worden gehoord De ballon staat in brand en zakt op het gemak naar omlaag, een lange streep zwarte rook achterlatend. Duidelijk zien wij een man met een parachute uit de ballon springen en zakt stilletjes omlaag.

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van de Stichting Heemkundige Kring Sas van Gent | 2005 | | pagina 99