tf vit, Oude beukenboom op Landlust; een zeldzaam verschijnsel in Zeeland. Dat verrassingselement kenmerkt het landgoed. Wie het bos door loopt kan nauwelijks geloven dat het geheel een oppervlakte heeft van slechts 3 hectare. Vooral de kronkelige paadjes en de afwisse ling van het bos met open ruim ten en waterpartijen geven het landgoed ruimtelijke variatie die menig groter bos moet ontberen. In het vroege voorjaar biedt Landlust een schilderachtige aan blik. Wie de door uitbundig bloeiend Fluitekruid omzoomde paadjes afloopt, verwacht na ie dere kronkel een Middeleeuwse Jonkvrouwe met haar gevolg te zien opdoemen. Een dergelijke ontmoeting is ons tot nu toe niet te beurt gevallen. Maar dit gemis wordt ruimschoots goedge maakt door tientallen andere ontmoetingen die ons wel ver gund waren. Zoals onlangs op een maanlichte avond in februa ri, toen hoog boven de boom toppen de wittige schim van de zeldzame Kerkuil zweefde. Of de Staartmeesjes die bijna ieder jaar in de Taxushaag langs de moestuin hun kunstige nest bou wen. En de Tuinfluiter, de Zwartkop, de Boomkruiper, de Groenling, kortom... dat hele concert van vogelstemmen dat iedere lente weer nieuwe verras singen oplevert. En dan de bloemen.... de Kro kussen en Sneeuwklokjes zijn natuurlijk ooit door de mens ge plant. Maar ze zijn inmiddels zo ingeburgerd dat wel niemand er bezwaar tegen zal hebben om ze tot de eigen flora van het land goed te rekenen. En de heerlijk geurende Maartse viooltjes zijn, evenals de felgele sterren van het Speenkruid echt helemaal wild. Landlust is rijk aan zogenaamde "stinseplanten". Dat zijn sier- of artsenij-planten die enkele eeu wen geleden door de mens zijn ingevoerd en daarna verwilderd. De naam stinseplant is afgeleid van het Friese woord stinse (of state), dat is een versterkte adel lijke hofstede. Stinseplanten ko men vooral voor op oude bui tenplaatsen. Naast de al genoem de Krokussen en Sneeuwklokjes komen op Landlust onder meer Aronskelken, Daslook en Vogel- melk voor. Een andere bijzonderheid wordt gevormd door de fraaie oude bo men. Vrijwel nergens in het Zeeuwse polderland worden zul ke fraai uitgegroeide Eiken en Beuken aangetroffen als op Landlust. Ook zijn er veel exo- ten aangeplant, zoals de bekende Robima's, en de zeldzame Moseik. De geschiedenis van Landlust gaat terug tot het begin van de vorige eeuw. Rond 1800 werd door de familie Van Citters de villa Bloemenheuvel gebouwd. Het koetshuis en het huidige bos hebben tot dit landgoed Bloe menheuvel behoord; in de volksmond heet het gebied nog altijd "Citters' bosje". Het huidi ge huis Landlust is waarschijnlijk in 1793 gebouwd als boerderij en omstreeks 1856 gedeeltelijk om gebouwd tot jachthuis voor het buiten Bloemenheuvel. Overigens bevond zich op de plaats waar Landlust is aangelegd al veel vroeger een landgoed, na melijk het in 1588 gebouwde Huis te Watervliet. Dit buiten had een oppervlakte van maar liefst 25 hectare. Kort voor de bouw van Bloemenheuvel is ech ter het huis gesloopt en de bos sen en parken werden gekapt. Landlust is sinds 1957 eigendom van het Zeeuwse Landschap. In dat jaar werd het landgoed door Jonkvrouwe Susanna van Citters aan de Stichting geschon ken, teneinde het geheel voor het nageslacht te behouden. Hoezeer dit doel de moeite waard is mag u zelf komen be oordelen. A 16

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 1985 | | pagina 16