De geschiedenis van de eendenkooi
Opnieuw beginnen
Een zoon van de bedijker van de
Anna Jacobapolder, J. W. del
Campo, vroeg in 1886 schrifte
lijk aan de Koning toestemming
voor de oprichting van een een
denkooi in een oud krekenstelsel
in het noordelijk deel van de
polder. Deze toestemming werd
verleend en het afpalmgsrecht
werd bepaald op 625 m, gemeten
uit het midden van de eenden
kooi. Dit afpalingsrecht moest
met borden in het terrein wor
den aangegeven. Vanaf waar
schijnlijk 1882 heeft ook een
eendenkooi in de zuidwestelijke
hoek van de polder gelegen. De
ze kooi is rond 1916 geslecht.
De eerste kooiker op de in 1984
door het Zeeuwse Landschap
aangekochte kooi was Willem
van der Giessen. Vanaf 1926 tot
op heden wordt het kooikersvak
hier uitgeoefend door de familie
van Herk. De huidige kooiker,
de heer G. A. van Herk, is reeds
de derde generatie van Herk die
op de eendenkooi werkzaam is.
Waarschijnlijk zal de heer van
Herk met door een zoon wor
den opgevolgd.
ken dan vertrouwen ze het niet.
Ze geven dan een valse kwaak
waardoor alle eenden op de
kooiplas er in één keer vandoor
gaan".
Afgelopen jaar heeft van Herk
niets kunnen vangen. In de war
me zomer van 1983 zijn alle stal-
eenden, het bedrijfskapitaal van
de kooiker, doodgegaan aan bo-
tulisme. De bacterie, die de ziek
te veroorzaakt, kwam tot ont
wikkeling in een met water ge
vulde bouwput voor de in aan
bouw zijnde Philipsdam. Eén
slok van het vergiftigde water is
fataal voor vogels. "Dit jaar be
gin ik weer met het aankopen
van zo'n vijftig "makke eenden"
die hier gaan rondlopen en broe
den. Deze makke eenden moeten
dan weer staleenden aantrekken,
zodat vanaf de nazomer weer ge
kooid kan worden".
Volgens van Herk zijn de ver
diensten tegenwoordig te laag om
van het kooien alleen te leven.
"Voor de echte kooiker zijn ech
ter het opbouwen van een vak
manschap en het werken in de
natuur van onschatbare waarde".
5