In de terreinen van de Stichting worden jaarlijks honderden excursies verzorgd. Alleen al in Saeftinghe worden per jaar zo'n 10.000 bezoekers rondgeleid. waardoor de natuurwaarde van Saeftinghe toeneemt. Er graasden eind 1984 inmiddels 760 volwassen schapen. De Stichting wil dit aantal nog uitbreiden tot minimaal 1200. In het noorden van Saeftinghe werd een nieuwe schaapskooi met een oppervlakte van 806 m2 gebouwd. In het zuidelijk deel van Saeftinghe werd reeds eerder een nieuwe schaapskooi gebouwd. De dijkversterkingswerken langs het reservaat kwamen vrijwel gereed. De werken leverden de nodige beheersproblemen op omdat het schor slecht bereikbaar was. Op het strand voor het Zwin en de Verdronken Zwarte Polder is aanzanding waar te nemen. Voor de verdronken Zwarte Polder begint zich op het strand zelfs een nieuw schor te ontwikkelen. Dankzij een aantal gerichte beheerswerkzaamheden ontwikkelen de vegetatie en broedvogelbevolking zich gunstig. Kaalgetrapte schor- en duinvegetaties komen niet meer voor. Op de Zwinweide nam als gevolg van een verschralend maaibeheer het aantal distels af en de eerste orchideeën kwamen te voorschijn. Een ontwikkeling welke wij hadden verwacht. Ook in de Zeeuws-Vlaamse inlagen nam het aantal orchideeën, dankzij het rietmaaien, toe. De populatie grauwe ganzen in het Grote Gat bij Oostburg heeft zich nu ook over andere kreken in West Zeeuws-Vlaanderen verspreid. Het voortbestaan van deze soort als broedvogel heeft hierdoor een betere basis gekregen. Op de dijken werden de nodige beheersmaatregelen als knotten, bijboeten en maaien verricht. Direkt naast ons reservaat De Reep ten noorden van Oostburg werden twee van de meest waardevolle percelen omgeploegd en geëgaliseerd. Dit ondanks de beschermende planologische bepalingen. Ook elders in de provincie werden dergelijke natuurvernietigende maatregelen geconstateerd. De planologie blijkt onvoldoende garanties te geven voor het behoud van natuur- en landschapswaarden. Op het landgoed Ter Hooge leiden beheersmaatregelen als dunningen, het invoeren van hakhoutcultures onder scherm en uitbreiding met jong bos tot een meer gevarieerd bosbeeld. Ondanks het terugbrengen van het karperbestand en het uitzetten van waterplanten blijft de kwaliteit van het water in de vijvers slecht. Na de voorgenomen aansluiting van het kasteelriool op de openbare riolering zal deze situatie wellicht verbeteren. Een nieuwe broedvogel op Ter Hooge is het ijsvogeltje. Voor deze soort was langs de oever van de vijver een plek geschikt gemaakt als broed plaats. Het kasteel zelf wordt momenteel geschikt gemaakt voor bewoning. Er worden 4 appartementen ingebouwd. Het beheer van de vliedbergen is nogal eens problematisch. Soms is de beweiding te intensief waardoor de bergen eroderen en soms is de beweiding juist te extensief waardoor waardevolle flora-elementen verloren gaan. De Stichting streeft ernaar, alle vliedbergen vrij van pacht te krijgen zodat dit probleem opgelost kan worden. Inmiddels is dit voor een aantal bergen reeds gelukt. De markt voor de verkoop van riet is aanmerkelijk verbeterd. Hierdoor kon het riet uit de Vlietepolder goed verkocht worden. De Stichting heeft 5 inlagen langs de Noord- Bevelandse kust in eigendom. 5 maar 7.500. Deze ontwikkeling houdt naar alle waarschijnlijkheid verband met de sluiting van de vuilnisbelt te Hulst waarop deze meeuwen fourageerden. De kap- meeuw is een typische cultuur volger en de afname wordt niet als negatief ervaren. Naast de toename van het aantal broedparen van de grauwe gors, de blau wborst en de waaierstaart- rietzanger konden we constateren dat ook het aantal weidevogels toenam. Wellicht zijn dit de eerste effecten van de door onze Stichting weer fors uitgebreide beweiding met schapen op de schorren. De schaapskudden voorkomen dat de schorren te veel verruigen. Op de ontwikkeling van de vegetatie was deze beweidingsinvloed al duidelijk merkbaar. Er deden zich gunstige ontwikkelingen voor. De vegetatie wordt langzaam aan weer gevarieerder De bonte wei. In verschillende terreinen vindt een sterke toename van wilde orchideeën plaats. Vooral het achterwege laten van bemesting is gunstig voor deze kleurrijke planten.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 1985 | | pagina 5