Een vogelwacht op de Hooge Platen Rene Beijersbergen Verslag seizoen 1985 Verstoringen van diverse aard Sinds enige jaren heeft ons land er een vogeleiland bij, nl. de Hooge Platen in de Westerschelde, in beheer bij de Stichting Het Zeeuwse Land schap. Het gebied is van belang als broedplaats van dwergstern, visdief, strand- plevier en kluut. Ook broeden er scholekster en kokmeeuw. De broedvogelconcentraties bevinden zich op de Bol, cen traal gelegen op de Hooge Platen, een vlak en zandig gebied dat net boven spring vloedniveau ligt. Bij gemiddeld hoog water beslaat de Bol 65 ha. Bij springvloed gaat het gebied nogal eens kopje onder. Gelukkig overstroomt de Bol in de zomer niet vaak meer. Tien jaar geleden zijn er als gevolg van beheersmaatregelen wat hogere plekken ontstaan. Elk jaar voor het broedseizoen worden er rijshoutschermen geplaatst waarachter het stuif zand zich ophoopt. Deze kleine verhogingen worden direct in geplant met biestarwegras. Zo zijn kleine duintjes ontstaan. Op een ander deel van de Bol is een ringdijkje aangelegd van zand en matten, genoemd de Ring, ongeveer 50 cm hoog om het vloedwater buiten dit „omdijkte" gebiedje te houden. De vogels maken van deze kunstwerken dankbaar gebruik. Vooral voor de dwergstern, maar ook voor visdief en strand- plevier is het gebied als broed plaats van nationaal belang. Zoals de meeste vogeleilanden is de Bol in de broedtijd niet toegankelijk, wat door middel van een duidelijk zichtbare bebording kenbaar wordt gemaakt. Daarnaast houden twee vogelwachters van begin mei tot eind augustus een oogje in het zeil. Al vanaf april worden water en lucht afgespeurd naar de eerste teruggekeerde sterns. Ruim een week later dan normaal, op 29 april, wordt de eerste dwergstern gezien. Zeer langzaam neemt hun aantal toe en er wordt maar weinig gebaltst. Wellicht is het water nog te koud, waardoor er nog weinig vis is. Op 10 mei zijn er nog maar 25 dwergsterns gezien. Twee dagen later landen er enkele in de Ring, de feite lijke broedplaats van de dwergsterns. Na de vijftiende mei wordt het weer iets beter. Daar hebben ze kennelijk op gewacht: 17 mei zijn het er al 80. Er wordt nu ook veel gebaltst met visjes, maar op de van ouds gebruikte broedplaats laten er zich nog steeds maar enkele zien. Wordt de Ring niet als broedplaats gebruikt, dan lopen de nesten een grotere kans om door een hoge vloed weggespoeld te worden. Op 20 mei worden overvliegende zilvermeeuwen verjaagd en weten we dat de eerste eieren zijn Grote delen van de Hooge Platen vallen bij laagwater droog. Dankzij het aanbrengen van rijshoutschermen zijn op de Hooge Platen lage duintjes ontstaan. Een ideaal broedgebied voor visdiefjes. Op 22 mei tijdens een hoog watertelling van steltlopers veroorzaakt een overvliegend sportvliegtuigje grote paniek.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 1986 | | pagina 8