Uit de regio Een ware dierenvriend voedert niet/wel? schuiven doorbreekt het subtiele vernieuwingsproces van de natuur in de Oosterschelde. Dit betekent tevens, dat niet alleen de minister van Verkeer en Waterstaat verantwoordelijk dient te zijn voor het beheer van de kering, maar ook de minister, onder wiens leiding natuurbeheer en visserij vallen. Er staan te grote belangen op het spel, namelijk de toekomst van de gehele Oosterschelde, internationaal erkend "wetland" en straks wellicht ook staats- natuurmonument. P.H. Nienhuis Voor de derde achtereen volgende keer werden we de afgelopen winter geconfronteerd met een flinke vorstperiode. Voor een aantal vogelsoorten zijn de gevolgen heel ingrijpend. Soorten als winterkoning, rood- DE VOGELS VAN SCHOUWEN-DUMLAND borst, heggemus, roerdomp en ijsvogel zijn heel sterk af genomen, vaak met meer dan 50%. In zijn algemeenheid is de natuur best op dit soort ge beurtenissen ingesteld. Heel opmerkelijk was bijvoorbeeld dat het overgrote deel van de achteruitgang zich voltrok in de winter '84- '85, de eerste strenge winter na een aantal opeenvol gende zachtere winters. Kennelijk zijn toen de "zwakke broeders" gesneuveld en kunnen de overgebleven soortgenoten tegen een stootje. Veel natuur beschermers redeneren dan ook dat bijvoeren overbodig is. De "survival of the fittest" is een biologische wet. Deze waarheid als een koe ten spijt heeft het Zeeuwse Land schap zich in de afgelopen jaren toch volop ingezet om waar mogelijk de vogels met behulp van bijvoeren de winter door te helpen. Als kleine organisatie kun je natuurlijk niet meer bijdragen dan de spreekwoorde lijke druppel op de gloeiende plaat. Bovendien is het uitkijken dat het effect niet averechts is: als je alleen meeuwen en kraaien bijvoert heeft dat in het broed- seizoen weer nadelig effect op allerlei andere vogels, waarvan de jongen worden opgegeten. Kortom: de wintervoedering vraagt een doordachte en syste matische aanpak. Bij strenge vorst komen veel vogels om. Op de foto een doodgevroren roerdomp. Samen met de regionale dieren bescherming is een actieplan opgesteld. Belangrijkste onder deel van dit plan is het aanschrijven van alle Zeeuwse basisscholen met het verzoek om de leerlingen te aktiveren de wintervoedering in eigen om geving ter hand te nemen. Juist een aantal vogels dat in de winter de tuin bezoekt, heeft van strenge winters sterk te lijden: heggemus, winterkoning en roodborst bijvoorbeeld. Voor vogels als roerdomp en ijsvogel worden in de reservaten maat regelen genomen (b.v. wakken openhouden, visafval voeren). Gelukkig was de dooi ons dit jaar te vlug af. Juist toen de brieven verzendklaar waren, was de noodzaak om ze te versturen achterhaald. Ze liggen nu in ieder geval gereed, in de hoop dat ze voorlopig niet gebruikt hoeven te worden. Het zal duidelijk zijn dat het huidige aktieplan een belangrijke educatieve achtergrond heeft. Blijft natuurlijk de vraag hoe (on)zinnig het bijvoeren is voor de vogelstand zelf. Graag horen we eens wat meningen van lezers. MJ. 3

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 1987 | | pagina 3