Wim Beeftink: Weten sc ha natuurbesc Dper en nermer door P.H.Nienhuis Rentmeesterschap „De afsluiting van het Veer- sche Gat in 1961, het verdwijnen van de allermooiste schorren in het Deltagebied, dat heeft me emotioneel wel wat gedaan. Dat gevoel van: dat is weg, dat komt nooit meer terug. Ik wist immers hoe zeldzaam die begroeiing in Nederland was, ik had dat alle maal uitvoerig bestudeerd. Een natuurgebied dat je kent en waardeert, iets waarvan je hebt genoten, dat mis je als het er niet meer is. Dat is geen nostalgie, geen hang naar het verleden, of zo Dat is een doodnormale combinatie van nuchtere wetenschappelijke feiten en menselijke gevoe lens." Aan het woord is Dr.Ir.W.G.Beeftink, wetenschap pelijk hoofdmedewerker bij het Delta Instituut voor Hydrobio- logisch Onderzoek in Yerseke. Wim is voormalig werkgroep leider en ook is hij plaatsvervan gend directeur van het instituut geweest. Hij maakt in november 1987 gebruik van de VUT- regeling. Hij is dan ruim 61 jaar en op de kop af 30 jaar in dienst van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen. Hij heeft een duidelijk stempel gedrukt op de Nederlandse natuurbescherming, door met wetenschappelijke argumenten de noodzaak van natuurbehoud en beheer te onderbouwen en inhoud te geven. Ook bestuurlijk heeft hij veel energie gestoken in de zaken van de natuurbescher ming. Hij was ongeveer 20 jaar lid van de Natuurbeschermings- raad (nu nog lid van de NCW), bestuurslid van Natuurmonu menten en Stichting De Beer, en - niet het minst belangrijk - ruim 20 jaar lid van het bestuur van onze Stichting Het Zeeuwse Landschap. Als voorzitter tijdens het Westerschelde-symposium PN„Welke wapens heb jij gehanteerd om de natuurbescher- mingsbelangen te verdedigen?" WB: „Ik ben geen man voor op de barricaden. Ik spreek ook liever niet over het natuurbe- schermings'belang'. Het afwegen van belangen hoort bij deze tijd: het agrarisch belang tegenover het recreatiebelang en dat weer tegenover het natuurbelang. Ik zie dat anders. Natuur en land schap vormen onderdelen van Gods schepping. Wij moeten ons gedragen als rentmeesters, beheerders in de echte zin van het woord. Wat dit betreft vind ik het oude Joodse denken inspi rerend. De mens is onderdeel van de natuur. De natuur, de kosmos, daarin heeft God zich

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 1987 | | pagina 13