Uit het beheer
door J. Neve
In het Verdronken Land van
Saeftinghe werden na het broed-
seizoen een honderdtal niet-
vliegvlugge jonge zilvermeeuwen
van kleurringen voorzien. Dit
gebeurde op verzoek van het
Rijksinstituut voor Natuurbeheer
(R.I.N.) te Arnhem. Doel van het
onderzoek is om na te gaan hoe
de jongen uitzwermen en of ze in
de komende jaren op hun
geboortegrond als broedvogel
terugkeren. Al enkele weken
later kwamen de eerste terug
meldingen van in Saeftinghe
geringde vogels bij het R.I.N.
binnen. Nabij Breda en Tilburg
werden exemplaren gesignaleerd.
Er was zelfs al een terugmelding
vanuit IJmuiden.
De ringen bestaan uit een opge
rold plaatje van hard plastic,
waarin driemaal een letter of een
cijfer c.q. één of meer strepen
(bars) zijn gegraveerd. Aan de
rechterpoot (vanaf de achterzijde
gezien) is de ring rood, aan de
linkerpoot blauw van kleur.
Indien U zilvermeeuwen, die
voorzien zijn van dergelijke
ringen, waarneemt, is het R.I.N.
hierin zeer geïnteresseerd.
Gelieve bij Uw waarneming voor
zover mogelijk te vermelden
datum en plaats, kleur, letter,
cijfer of aantal strepen van de
ringen. Als U een dood exem
plaar aantreft dan de ringen met
de melding meesturen s.v.p.
Het adres van het Rijksinstituut
voor Natuurbeheer is Antwoord
nummer 1617, 6800 WC Arn
hem. Een postzegel is niet nodig.
Het niet vrij toegankelijk
gedeelte van het Verdronken
Land van Saeftinghe is dit jaar
aangegeven met een nieuwe
bebording. In de grote stroom-
geulen Spauwer, Ijskelder en
Hondegat verdwenen jaarlijks
een groot aantal borden door
najaars- en winterstormvloeden.
De laatste winters ook door
zware ijsgang. Het jaarlijks
vernieuwen van deze bebording
was een kostbare aangelegenheid
voor de Stichting. Mede door een
forse bijdrage van het Consulent
schap Natuur- milieu- en fauna
beheer werd door de firma Van
Bij de plaatsing van borden langs de geulen van Saeftinghe wordt groot materieel
ingezet.
Een jonge zilvermeeuw wordt geringd.
der Straaten uit Hansweert een
aantal palen geheid, die een
langer leven beschoren moeten
zijn. Deze ijzeren palen staan
ongeveer 6 meter in de bodem en
zijn voorzien van grote borden
met een, ook van op afstand,
duidelijk leesbare tekst. Vooral
bij vloed is het voor water
sporters duidelijk waar het
afgesloten reservaatsgedeelte
begint, hetgeen in het verleden
wel eens tot misverstanden
leidde.
17