Zeeuws Landschap
Van de redactie
3e jaargang nr. 4,
december 1987
Redactieadres
Stichting
"Het Zeeuwse Landschap"
Landgoed Landlust
Postbus 25
4450 AA Heinkenszand
Telefoon 01106-2640
Postrekening 245740
Bank: ABN Middelburg
Rek. nr. 51.03.36.167
Giro van de bank 46882
Redactie
P.H. Nienhuis (voorzitter)
R.J.B.M. Willems
J. v. d. Boom
G.J.C. Buth
M. Jacobusse
J. van Kasteel (eindredacteur)
Kopij
Bijdragen voor dit blad in de vorm van
artikelen, ingezonden stukken, foto's
enz. kunnen worden gezonden aan de
redactie.
Inlevering voor het eind van elk
kwartaal.
Foto's
John Verhoeven - Zeehondencentrum
Pieterburen: 3, 4, 5, 6
M. Jacobusse: 7, 8, 9, 16, omslag
G.J. Buth: 10,12
R. Kleingeld-DIHO: 11
Archief Zeeuws Landschap: 13
Pitman b.v.13
Mevr. Kuys: 14
F. van Pelt: 15
J.A.M. Millenaar: 17
Vormgeving en druk
Pitman b.v., Goes
nhoudsopgave
Ons grootste roofdier
3
De inlaag 's-Gravenhoek
7
Uit het bestuur
9
Een nieuw tijdperk
voor de Oosterschelde
10
Vogels rondom het huis
13
Moederkoren in Zeeland
14
Week van het Landschap
15
Uit het beheer
17
Omslagfoto
Op het landgoed Landlust zijn de
dunningswerkzaamheden weer in volle
gang.
2
"Zeeuws Landschap" is een uitgave van
de Stichting "Het Zeeuws Landschap".
Het blad verschijnt vier maal per jaar en
wordt toegezonden aan begunstigers van
de Stichting.
De uitgaven van de stichting geven voor
lichting over het behoud van en de zorg
In dit nummer wordt ruime
aandacht gegeven aan de Ooster-
schelde en zijn bewoners. Op 23
januari a.s. voegen we de daad
bij het woord. Chiel Jacobusse
leidt dan een excursie naar één
van de vogelrijkste plekjes rond
de Oosterschelde, de inlaag
's Gravenhoek op N.-Beveland.
De stormvloedkering is klaar, de
Oesterdam en de Philipsdam
zijn gesloten. Waterstaatkundig
gezien is de Oosterschelde af.
Biologisch gezien echter, staan
we nog maar aan het begin van
een jarenlange ontwikkeling,
waarvan niemand precies kan
voorspellen waar die op uit
loopt. Na de afdamming van de
Kreekrak in 1867 en nu na de
recente bouw van de storm
vloedkering begint de Ooster
schelde aan zijn derde leven in
historische tijden. Het water is
helderder geworden en minder
onstuimig. Dat beïnvloedt de
groei van grote en kleine
plantjes in het water, het stapel-
voer voor mossels en kokkels,
maar ook voor smienten en
rotganzen. De getijgeulen in de
Oosterschelde hebben door het
veranderde getijregiem „zand-
honger" gekregen: ze proberen
zich op te vullen ten koste van
de slikken en platen. Daarbij
gaan voedselgronden voor de
steltlopers verloren, een type
landschap waarvan we al duizen
den hectares zijn kwijtgeraakt
door de bouw van de comparti-
menteringsdammen.
Ecologische processen vol
trekken zich vaak langzaam. We
moeten de Oosterschelde de rust
en de tijd gunnen om naar een
nieuw evenwicht toe te groeien.
Dan komt wellicht ook de zee
hond nog eens terug. De conse
quentie is dat we niet te voor
barig moeten zijn met ontwikke
lingen van recreatievoorzie
ningen die later mogelijk strijdig
blijken te zijn met de belangen
van natuur en landschap. Ik
voor landschappelijk, natuurwetenschap
pelijk, en cultuurhistorisch belangrijke
terreinen in het algemeen en in Zeeland
in het bijzonder.
Overname van artikelen en illustraties
alleen met toestemming van de redactie.
denk in dit verband aan voorzie
ningen op Neeltje Jans die bui
ten het concentratiegebied in het
plan Van Gasteren vallen, aan
recreatie-ontwikkeling in de
Schelphoek en in de inlagen op
Noord-Beveland en aan het toe
laten van recreanten op de slik
ken en platen. Een andere conse
quentie is dat we niet te voor
barig moeten zijn met een
intensivering van visserij activi
teiten, zoals de kokkelvisserij en
een uitbreiding van de mossel
percelen. De combinatie van
rust en ruimte van het land
schap wordt altijd weer aange
voerd als één van de „sterkte-
punten" van onze provincie.
Dat moet zo blijven, vindt
iedereen. Maar stilstaan geldt
bestuurlijk als negatief. Stilstand
is immers achteruitgang, en o
wee, als de bestuurder door
latere generaties gebrek aan visie
wordt verweten. Toch is stil
stand rond de Oosterschelde
juist vóóruitgang. Vooruitgang
van de natuurlijke ontwikkeling
van ons mooiste estuarium. De
betekenis van de Oosterschelde
gaat als (toekomstig) staats-
natuurmonument immers ver uit
boven het Zeeuwse belang.
Nederlanders zijn niet zo ge
wend om naar hun natuurgebie
den te kijken zoals de Engelsen
dat doen. Die beschouwen hun
nationale parken als „vital parks
of our heritage", onmisbare,
essentiële onderdelen van ons
gezamenlijk erfgoed. Met andere
woorden, dat zijn gebieden waar
je trots op zou moeten zijn en
waar je dus vanzelfsprekend
zorgvuldig mee omspringt. De
stichting Het Zeeuwse Land
schap heeft ongeveer 250 ha van
dit erfgoed in de Oosterschelde -
schorren, slikken en inlagen -
door aankoop en beheer veilig
gesteld. Ondermeer dank zij de
steun van een groeiende achter
ban kunnen we met dit werk
doorgaan. P.H. Nienhuis