q/^J?
Zeeuws Landschap
Van de redactie
4e jaargang nr. 1
maart 1988
HET ZEEUWSE
LANDSCHAP
"Zeeuws Landschap" is een uitgave van voor landschappelijk, natuurwetenschap-
de Stichting "Het Zeeuwse Landschap". pelijk, en cultuurhistorisch belangrijke
Het blad verschijnt vier maal per jaar en terreinen in het algemeen en in Zeeland
wordt toegezonden aan begunstigers van in het bijzonder,
de Stichting.
De uitgaven van de stichting geven voor- Overname van artikelen en illustraties
lichting over het behoud van en de zorg alleen met toestemming van de redactie.
Redactieadres
Stichting
"Het Zeeuwse Landschap"
Landgoed Landlust
Postbus 25
4450 AA Heinkenszand
Telefoon 01106-2640
Postrekening 245740
Bank: ABN Middelburg
Rek. nr. 51.03.36.167
Giro van de bank 46882
Redactie
P.H. Nienhuis (voorzitter)
R.J.B.M. Willems
J. v. d. Boom
G.J.C. Buth
M. Jacobusse
J. van Kasteel (eindredacteur)
Kopij
Bijdragen voor dit blad in de vorm van
artikelen, ingezonden stukken, foto's enz.
kunnen worden gezonden aan de redactie.
Inlevering voor het eind van elk kwartaal.
Foto's
M. Jacobusse: omslag, 8, 9
R. Kleingeld (DIHO): 17
W. de Vos: 3,5
M. van 't Hof: 4
J.W. Jongepier: 6, 7
Vormgeving en druk
Pitman B.V., Goes P14582-3063
Inhoudsopgave
- Aandacht voor ganzen 3
- Het eerste groen 6
- De Kievittepolder 8
- Uit het leven van de bergeend 10
- Zeelands oudste industrie 12
- In memoriam 17
Omslagfoto: Duinovergang in 't Zwin
Dit nummer opent met een
artikel over overwinterende
ganzen. Dankzij de geografische
ligging en de gunstige terrein
gesteldheid vervult Nederland
een sleutelrol bij het voortbe
staan van verschillende soorten
wilde ganzen. Oorspronkelijk
zochten ganzen vooral natuur
lijke en halfnatuurhjke terreinen
op, zoals schorren, slikken en
drassige, hollebollige weilanden.
Maar als gevolg van het steeds
schaarser worden van dergelijke
biotopen ontpopten de ganzen
zich meer en meer als cultuurvol
gers, die zich uitstekend thuis-
voelen in het intensief beheerde
agrarisch landschap.
De rotgans bijvoorbeeld, die
oorspronkelijk in buitendijkse
natuurgebieden voorkwam, is
tegenwoordig vooral te vinden
op akkers met wintertarwe en
jong ingezaaid grasland. Deze
soort vindt hier, wat ook in zijn
oorspronkelijk milieu aanwezig
was: eiwitrijk voedsel en grote
open ruimten die ongeziene
nadering van potentiële belagers
onmogelijk maken.
Het behoeft geen betoog dat
massaal ganzenbezoek op het
land van de boer kan leiden tot
schade aan de gewassen. Het is
niet meer dan billijk dat deze
schade door de overheid wordt
vergoed, zodat de kosten niet
alleen op de boer worden afge
wenteld.
Lang niet alle dieren weten zich
aan veranderende omstandig
heden in hun leefmilieu aan te
passen. In één van de vorige
nummers werd beschreven hoe
de zeehond, als gevolg van beja
ging, watervervuiling en versto
ring vrijwel geheel uit Zeeland
verdween. Inmiddels zijn er
plannen gelanceerd om door een
scala van beheersmaatregelen
weer een geschikt milieu voor
zeehonden te creëren in het
Delta-gebied. In combinatie met
deze beheersmaatregelen zou het
uitzetten van een beperkt aantal
jonge dieren de aanzet kunnen
zijn voor het ontstaan van een
nieuwe levensvatbare populatie
zeehonden.
Nu al is men echter in de visserij
wereld beducht voor eventuele
schade die de zeehonden zouden
aanrichten.
Daarbij worden parallellen
getrokken met soorten die schade
aanrichten in het boerenland,
zoals wilde ganzen. Zo'n vergelij
king gaat om verschillende
redenen niet op. In de eerste
plaats hebben uitgebreide inter
nationale onderzoeken aange
toond dat ook bij grote aantallen
zeehonden de schade voor de
visserij minimaal is. Daarnaast
speelt er ook een meer princi
piële kant. Onze buitendijkse
gebieden zijn natuurland
schappen. Voor grote delen
ervan, zoals bijvoorbeeld de
Oosterschelde, wordt ook door
de overheid de primaire plaats
van het natuurbelang erkend.
Dat betekent dat het behoud en
herstel van de levensgemeenschap
voorrang heeft boven andere
belangen.
Dat daarbij de belangen van
vissers en rekreanten niet zonder
meer van de tafel kunnen
worden geschoven zal ieder
weldenkend mens onder
schrijven. Maar ook zij zullen
moeten opereren binnen de rand
voorwaarden die een gezond
oecosysteem nu eenmaal stelt.
M. Jacobusse
2