Spotvogels en andere za
ngers
door A.J.H. Baron van Lynden
Zo begin mei krijg ik het de
laatste |aren op m'n heupen:
waar zal ik mijn eerste spotvogel
dit jaar ontmoeten en wanneer?
De plekjes in Middelburg, waar
hij nog voor komt, ken ik zo'n
beetje, maar er zijn er
ongetwijfeld nog andere.
Zo verschijnt hij elk jaar in het
nog overgebleven stukje van het
Molenwater, dat verder voor het
grootste deel door „Miniatuur
Walcheren" wordt ingenomen.
In mijn jeugd was het hele
Molenwater nog een park en
huisden in de voormalige
kruidentuin, een prachtige tuin
achter het gasthuis, waar wij als
gymnasiasten biologieles kregen,
behalve spotvogels ook
bosrietzangers.
De vogel van het Molenwater
kan dus wel als relict van voor de
oorlog beschouwd worden. Op
dat plekje zit ook nog altijd zo'n
vergeten vogeltje in z'n
eenvoudig pakje, de grauwe
vliegenvanger, die tegenwoordig
op veel plaatsen ontbreekt.
Een ander spotvogeldomein is de
Laurens Stommesweg. Ook aan
de andere zijde van de Laan der
Verenigde Naties, zoals de
Populierenlaan en in het
openbaar groen langs de
Kornoeljelaan tref ik hem aan.
Vóór de oorlog hoefde je niet
zoveel moeite te doen om de
vogel te ontdekken. Zo schreef ik
op 30 mei 1935 nog: „bij iedere
boerderij door heel Walcheren"
en op 28 mei: „overal". Op Ter
Hooge kwam hij over de hele
buitenplaats voor. Mijn eerste
waarnemingen uit die oude jaren
liggen een stuk vroeger dan
tegenwoordig, b.v. 9 mei 1934 of
1 mei 1962 tegenover 14 mei
1988 of 17 mei 1989. Een en
ander is duidelijk, wanneer je
bedenkt dat de kans om een
vroege vogel te ontdekken,
groter is, wanneer in een bepaald
gebied honderd exemplaren
voorkomen dan wanneer er maar
drie zitten.
Ik vrees dat het met de spotvogel
Jonge bosrietzangers
in een
wilgenstruweel.
16