toe dat, als men de concur
rentieslag overleeft, het juist een
groot voordeel kan zijn dat men
met milieumaatregelen voorop
loopt.
Het gesprek loopt nogal uit.
Het is erg boeiend om rond te
kijken in de keuken van de boer
die in de praktijk vaak de naaste
buurman van de natuur
beschermer is. Maar een goed
nabuurschap betekent natuurlijk
nog steeds niet dat er geen
verschillen van inzicht zijn.
Ik noem enkele trefwoorden
waarover Van der Maas zijn
inzichten uiteenzet.
Distels. "Voor mij hoeft niet de
laatste distel weg, ook niet langs
de randen van natuurgebieden.
Met een beleid als van Het
Zeeuwse Landschap (beperking
via een maairegiem) kan ik
prima leven. Maar als er als
gevolg van een veranderend
beheer explosies optreden,
moet er worden ingegrepen.
De landbouw is weer op de
ketting gesprongen toen de
distelgroei in het Markizaat
explosief toenam. Door in het
beginstadium de distels selectief
te bestrijden (aantippen met
round-up) had veel ellende
voorkomen kunnen worden."
Ganzen. "Als Nederland ganzen
hoeder van de hele wereld wil
zijn. het zij zo, maar dan niet
over de rug van de boer. Wij zijn
mordicus tegen het beleid dat
wordt voorgesteld in de
landelijke ganzennota. Het komt
erop neer dat boeren de ganzen
moeten verjagen naar
opvanggebieden. Wie schade
heeft zou daar zelf voor op
moeten draaien omdat er dan
niet voldoende verjaagd zou
zijn. Overigens heeft de natuur
bescherming dezelfde bezwaren
tegen de ganzennota. Het is erg
belangrijk dat natuur
bescherming en landbouw op
één lijn zitten."
Bacterievuur. "Ik denk dat de
commotie goeddeels voorbij is.
De ziekte is aardig onder
controle. Ik heb er geen moeite
mee als iemand een meidoorn
in de tuin lustig laat bloeien,
mits de struik door de eigenaar
gecontroleerd wordt op
eventuele ziekteverschijnselen.
Je plant een meidoorn tenslotte
juist om van de bloesems te
genieten.
M. Jacobusse
Brandganzen.
De brandgans heeft
een voorkeur voor
tamelijk natuurlijke
terreinen. In
Zeeland
veroorzaakt deze
soort vrijwel nooit
schade.
8