Zeeuws Landschap
Van
redactie
6e jaarqanq nr. 2
juli 1990
HET ZEEUWSE
LANDSCHAP
Redactieadres
Stichting "Het Zeeuwse Landschap"
Landgoed Landlust
Postbus 25
4450 AA Heinkenszand
Telefoon 01106-2640
Postrekening 245740
Bank: ABN Middelburg
Rek.nr. 51.03.36.167
Giro van de bank 46882
Redactie
J. v.d. Boom
G.J.C. Buth
M. Jacobusse
J. van Kasteel (eindredacteur)
P.H. Nienhuis (voorzitter)
R.J.B.M. Willems
Kopij
Bijdragen voor dit blad in de vorm van
artikelen, ingezonden stukken, foto's
enz. kunnen worden gezonden aan de
redactie. Inleveren voor het eind van
elk kwartaal. Plaatsing van deze
artikelen betekent niet dat deze het
inzicht van de redactie weergeven.
Foto's en illustraties
B. Grootjans
M. Jacobusse
Vormgeving en druk
Pitman B.V.. Goes
Inhoudsopgave
Van de redactie
Grepen uit het Jaarverslag
over 1988 en 1989
Wandelingen door het Zeeuwse
Landschap, Het Groote Gat
Natuurbeheer als dagelijks werk
Uit het beheer
Boekbespreking
Biologische bestrijding:
een haalbaar alternatief voor
chemische bestrijding
Excursies zomer 1990
6
8
11
14
15
18
Omslagfoto
De Bruintjes kreek
"Zeeuws Landschap" is een uitgave van de
Stichting "Het Zeeuwse Landschap".
Het blad verschijnt vier maal per jaar en
wordt toegezonden aan begunstigers van
de Stichting. De uitgaven van de Stichting
geven voorlichting over het behoud van en
de zorg voor landschappelijk, natuur
wetenschappelijk en cultuurhistorisch
belangrijke terreinen in het algemeen en in
Zeeland in het bijzonder. Overname van
artikelen en illustraties alleen met toestem
ming van de redactie.
In de dagelijkse praktijk van het
natuurbeheer wordt dikwijls
teruggegrepen op traditionele
beheersvormen. Dat blijkt ook
uit het jaarverslag van Het
Zeeuwse Landschap, waarvan in
dit nummer een samenvattend
overzicht wordt gegeven. In een
weidevogelgebied als de
Yerseke Moer bijvoorbeeld
wordt zoveel mogelijk beheerd
zoals de boer dat vroeger deed.
Dat is ook nodig want weide-
vogelgebieden herbergen vaak
ook andere waarden. Niet zel
den is er sprake van een interes
sante vegetatie en soms is er -
zoals bij de Yerseke Moer- ook
een grote cultuurhistorische
betekenis. In de meeste gevallen
zijn die waarden onderling sterk
met elkaar verweven. Juist om
een evenwichtige instand
houding van al die zaken te
realiseren is er geen betere
waarborg dan de voortzetting
van de ouderwetse boeren-
praktijk. Dat deze aanpak suc
ces heeft is inmiddels ruim
schoots gebleken. Zo werd in
de Yerseke Moer in tien jaar
tijds een verdubbeling van het
aantal weidevogels gerealiseerd.
Maar het is zeker niet zo dat
weidevogels beperkt zijn tot
graslanden waar een eeuwen
oude traditie speelt. Op de
drooggevallen zandplaten in de
afgedamde Deltawateren komen
ook erg hoge dichtheden voor.
Weidevogels blijken prima te
gedijen in gebieden die nog
maar net zijn ontstaan. En dat
geldt ook voor andere soorten.
In de rubriek "Uit het beheer"
kunt u lezen hoe er in de inlaag
's-Gravenhoek op Noord-
Beveland een eiland werd aan
gelegd voor pioniervogels. En
ook bij het
voormalig
werkeiland
Neeltje jans is
de aanleg van zo'n eiland zo"
goed als gereed. Juist omdat de
eilanden bestemd zijn voor
pioniervogels zijn er snel resul
taten te verwachten. Natuur-
technische milieubouw -kortweg
natuurbouw- is een nieuwe loot
aan de aan de stam van het
natuurbehoud. Nadat aanvan
kelijk het accent lag op de
veiligstelling van "woeste gron
den" is er geleidelijk meer aan
dacht gekomen voor agrarische
gebieden met natuurwaarden. In
beide gevallen gaat het om
bestaande gebieden, waar het er
om gaat om bestaande waarden
te behouden of te herstellen.
Het uiteindelijke streefbeeld is
daarbij door het verleden be
paald. In de nieuwe natuur
gebieden -ongeacht of ze nu
wel of niet opzettelijk tot stand
gekomen zijn is er geen sprake
van zo'n voorbeeld. Tot op
zekere hoogte heeft de beheer
der daar vrijheid van handelen.
Maar die vrijheid is toch kleiner
dan het op het eerste gezicht
lijkt. Want alleen in een even-
wichtssituatie kunnen natuur
waarden zich blijvend hand
haven. Het betekent dat bij
natuurbouwprojecten van het
begin af aan moet vaststaan
waar de ontwikkeling uiteinde
lijk naar toe moet. En als het
goed is zijn de nu gecreëerde
natuurgebieden voor latere ge
neraties alleen nog van andere
te onderscheiden door hun
ontstaanswijze: het vooropge
zette doel om de natuur een
optimale kans te geven.
M. Jacobusse
