Fred Schenk bezig met onderhond aan het recreatie plankier in de Verdronken Zwarte Polder. Distel-erfenis GJB: Natuurgebieden in Zeeland liggen vaak ingebed in een agrarische omgeving. Hoe is jitUie verhouding mei de boeren FS: Over het algemeen is er een redelijke verhouding met de boeren, al is er niet altijd begrip voor de manier waarop wij de zaken aanpakken. Het be strijden van distels doe je in de ogen van de meeste boeren nooit goed genoeg; ze hebben kritiek op de manier waarop dat gebeurt door te maaien. Toch is in de praktijk duidelijk te merken dat het maaien werkt. Na verloop van tijd gaan de distels zienderogen achteruit. Je zou kunnen zeggen dat je na de aankoop van een gebied met een erfenis zit. Bij de aankoop van bijvoorbeeld een grasland is die grond meestal jaren achter een bemest, waardoor ze erg voedselrijk is. Bij een intensief agrarisch beheer in dergelijke gebieden vond meestal beweiding in hoge dichtheden plaats en werd regelmatig met herbiciden gespoten. Als dit beheer plotseling stopt, dan komen distels vaak explosief tot De grote sternkolonie op de Hooge Platen. ontwikkeling. Wij beginnen de eerste jaren na een aanloop dan ook met een overgangsbeheer. Door maaien en afvoeren wordt de grond verschraald en er ontstaat geleidelijk een soor- tenrijke graslandvegetatie waarin distels geen, of een bescheiden rol spelen. Na verloop van tijd kan in zo'n gebied overgegaan worden tot het uiteindelijke beheer, dat meestal bestaat uit extensieve begrazing door runderen. Een speciaal geval waar aan grenzende boeren in der tijd intensief bij betrokken zijn vormt het Groote Gat, een kreekgebied bij Oostburg. Hier veroorzaakten broedende grauwe ganzen schade op de omringende landbouwpercelen. Na overleg is toen een compro mis gesloten wat inhield dat jaarlijks een deel van de eieren geschud wordt, zodat er minder jongen uitkomen. Nu hier echter een aantal jaren ganzennesten verstoord worden, zijn de ganzen in andere kreekge- bieden in West-Zeeuws-Vlaan- cieren gaan broeden. De proble men verplaatsen zich dus. Misschien was het achteraf ge zien, beter geweest de ganzen in het Groote Gat te concen treren en met schadevergoedin gen voor de landbouw te werken. Overigens vind ik wel dat je soms wat water bij de wijn moet doen om met elkaar op goede voet te blijven. 9

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 1990 | | pagina 9