mr X Toen en nu De Yerseke Moer: één van de belang rijkste natuurge bieden van Zeeland. In feite is het een schamel restant van een vroeger wijd verbreid land schapstype. ik niet", zegt hij, „daar ben ik, denk ik, niet handig genoeg voor. Met hamer en nijptang heb ik ook wat moeite. Wat ik wel veel doe is fotograferen, maar dat is dan toch altijd ondergeschikt aan het schrijven". De bevlogen idealist blijkt toch ook pragmatisch te zijn. Ook daarin lijkt hij op Thijsse. „Sponsoring is geen vies woord", aldus Chiel. „Als een bepaald bedrijf een groen tintje op zijn wangen wil hebben en ze willen daarvoor betalen, dan wil ik wel over natuur en land schap schrijven. Maar het moet wel echt zijn; aan een schijn heilige opstelling doe ik niet mee. Toch kan er wel een spanningsveld ontstaan: door de naam van een firma te gebruiken maak je reclame, maar tevens geef je door je geschrijf voorlichting over ons milieu". Heimans en Thijsse deden alles op de fiets of lopend. De auto die de mensen vrijheid en ■S i. ..-rf? t V -ttij Uit het juryrapport voor de toekenning van de Heimans en Thijsseprijs: „Michieljacobusse is een opgewekte, hulpvaardige, altijd actieve persoon bezield met die liefde voor de wezens der natuur en de landschappen waarin zij leven, die maakt dat hij niet anders kan dan anderen daarvan deelgenoot maken. Hij is een waardig nazaat van Heimans en Thijsse". -■ tr- M l mobiliteit verschaft, is een fenomeen van onze tijd. Hoe staat Chiel daar tegenover? „Kijk, persoonlijk zeg ik dat de auto niet inpasbaar is in ons omgaan met het milieu. Eigenlijk zou ik dat ding om principiële redenen willen thuislaten. Je bent dan welis waar veel minder mobiel, maar er valt in de kleinere kring ook nog ontzettend veel te genieten en te ontdekken. Vanuit mijn werk zeg ik: ik kan onmogelijk zonder auto. Ik rijd 25.000 kilo meter per jaar alleen al voor mijn werk bij de Stichting Het Zeeuwse Landschap. Vaak moet ik van de ene uit hoek van de provincie naar de andere. Daar zit een zekere ambivalentie in, dat geef ik toe. Ik vind het eigenlijk ook hypo criet om zo'n sticker „Ik houd van mijn Zeeuwse landschap" op mijn vervuilende auto te hebben. Maar toch tel ik stie kem de auto's met sticker op een parkeerplaats. En als dat er veel zijn dan vind ik dat best leuk". De weergaloos mooie en dure fotoboeken die tegenwoordig in de winkel liggen en de prach tige televisie-series over de natuur wakkeren de leun stoelexcursies aan. Willen de mensen nog wel met laarzen aan de echte natuur in? .Jazeker, juist wel!", reageert Chiel. „De excursies die het Zeeuwse Landschap regelmatig houdt trekken tientallen en soms meer dan honderd deel nemers. En bijna iedereen vindt de werkelijkheid nog veel mooier dan de beelden op de televisie. Ik leg graag alles uit, laat zien hoe de natuur in elkaar zit. En het mooiste vind ik dan dat de mensen zelf geestdriftig worden en de volgende keer weer van de partij zijn". Tussen het duo Heimans-Thijsse en Jacobusse ligt ruwweg 60 tot 80 jaren. Is er veel veranderd in die tijd? ,Ja", zegt Chiel. „flora en fauna zijn in de loop der jaren zienderogen achteruit ge gaan, ook in Zeeland. Het lijkt wel of juist de rijke, evenwich tige levensgemeenschappen de grootste klappen hebben ge kregen. Het Zeeuwse oudland is verkaveld en versnipperd. De Yerseke Moer, het aller laatste aaneengesloten stuk oudland, moet dan ook als reservaat hoog in ere worden gehouden. Met name veel dieren die aan de top van de voedselpyramide staan, zijn verdwenen of hebben het moeilijk. Denk maar aan de visotters; ik heb ze zelf nog gezien aan het begin van de jaren zestig in de Zwaakse Weel. Nu zijn ze verdwenen. En dan de zeehonden, die lagen bij tientallen te zonnen op de zandplaten voor de Biezelingse Ham in de Wester- schelde. En dan spreek ik over het midden van de jaren zestig. Kom daar nu eens om. Hetzelfde verhaal geldt voor de grauwe klauwier, de steenuil, de kleine hagedis, de akkeron kruiden, en noem ze maar op. Allemaal dieren en planten die sterk zijn teruggelopen in Zeeland. Toch moeten we niet bij de pakken neerzitten. De achteruitgang van onze natuur wekt mijn vechtlust op. We moeten in het offensief, we hebben wat dat betreft de tijd mee. We moeten duidelijk maken hoe bewonderens waardig de natuur in elkaar zit en dat we zeer zuinig moeten zijn op de restanten van onze natuurgebieden. Met gerichte natuurontwikkeling zouden ook heel wat soorten betere levens kansen kunnen krijgen 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 1990 | | pagina 5