Is er toekomst voor de noordse woelmuis? Muizen in het Zeeuws landschap door Hans Hollander en Floor van der Vliet Methode Resultaten In 1990 vond er een uit gebreid muizenonderzoek plaats op de Zuidhollandse en Zeeuwse eilanden. Het doel: duidelijkheid ver schaffen over het vóórkomen van de noordse woelmuis; Microtus oeconomus arenicola. Het gaat om een bedreigde soort in Zeeland. De voornaamste reden hiervoor is concurrentie van verwante soorten zoals de veldmuis (M. arvalis) die door de aanleg van dijken en dammen de eilanden kon bereiken. rf Hierdoor kon de veldmuis de eilanden koloniseren en gaan concurreren met de noordse woelmuis. Van de noordse woel muis is het leefgebied in de loop van de tijd in oppervlakte en kwaliteit achteruitgegaan als gevolg van het wegvallen van getijdeverschil. inpoldering, dijk verzwaring, toenemende recre atiedruk en vuilstort. In dit artikel worden oude en nieuwe verspreidingsgegevens vergeleken en wordt ingegaan op enkele effecten van beheers maatregelen op het vóórkomen van soorten muizen, met name begrazing. Speciale aandacht is er voor enkele terreinen van „Het Zeeuwse Landschap". Verspreidingsonderzoek Er zijn 43 locaties bemonsterd op Voorne/Hoekse Waard (3), Goeree-Overflakkee (14), Schouwen-Duiveland (15), Noord- (7) en Zuid-Beveland (4). Het onderzoek op een locatie beperkte zich tot het vaststellen van de aanwezigheid van de noordse woelmuis, dan wel con currenten als aard- en veldmuis. Met 100 vallen werden minimaal 2 en maximaal 6 controles uit gevoerd. Wanneer een woel- muissoort werd aangetroffen, werd het vangen in principe gestaakt. De terreinen van „Het Zeeuwse Landschap" Van „Het Zeeuwse Landschap" zijn vijf terreinen bezocht: Vliete- polder. Keihoogte, Ooster- schenge, Weel in de Heeren polder en het Yerseke Moer (zie figuur). Van de terreinen van „Het Zeeuwse Landschap" is het huidige beheer vergeleken met het voorkomen van de verschil lende kleine zoogdiersoorten, met name de noordse woelmuis. De beheersgegevens zijn verkregen van „Het Zeeuwse Landschap" en betreffen specifiek het jaar 1990. Verspreiding De verspreidingsgegevens tot 1980 gaven een vrijwel aaneen gesloten beeld te zien van Noord-Beveland tot Voorne en de 1969: Hollander, 1991). Sinds de zestiger jaren heeft de veldmuis zich sterk kunnen uit breiden door de aanleg van dammen tussen de eilanden. Dit geldt met name voor Noord- Beveland, waar de noordse woelmuis bijna is verdwenen. Op Goeree-Overflakkee wordt de veldmuis verspreid aangetrof fen. Op Schouwen-Duiveland sporadisch. De aardmuis, een soort die vrijwel dezelfde biotoopvoorkeur heeft als de noordse woelmuis, treffen we veel op Zuid-Beveland en nu ook op Noord-Beveland aan. In 1990 zijn er aardmuizen op de Goudplaat gevangen. In de tachtiger jaren werd de achteruitgang van de noordse woelmuis steeds duidelijker. Op Schouwen-Duiveland en Goeree-Overflakkee werd de soort vrijwel alleen langs het Grevelingenmeer gevonden. Berichten over uitsterven staken de kop op. Verspreiding noordse woel muis in 1990 De noordse woelmuis is op 32 (van de 43) locaties aangetrof fen. Dit beeld lijkt rooskleurig voor de soort. Op de meeste locaties zijn slechts enkele exemplaren gevangen. Het gaat hier vrijwel zeker om rondtrek kende dieren, of uitstervende populaties. Er lijkt nauwelijks sprake te zijn van permanente populaties, met grote aantallen en redelijke aantallen individuen van beide geslachten. Op Voorne en in de Hoekse Waard is de soort niet gevonden. Op Goeree-Overflakkee is de noordse woelmuis op één locatie niet aangetroffen, op Schouwen- Duiveland op alle locaties wel. Op zowel Noord- als (verras send) Zuid-Beveland is de soort op één locatie gevonden. De vangsten op Zuid-Beveland zijn voor zover bekend de eerste op het eiland, uitgezonderd enkele vangsten in 1964 en 1965 op het Vogelplaatje. Tussen 1964 en 1967 heeft de noordse woel muis wel bij Fort de Haack op Walcheren geleefd. Ook zijn er braakbalvondsten van Zuid- Beveland bekend. 10

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 1992 | | pagina 10