Gidsendag in Heinkens- zand De ambassadeurs van Het Zeeuwse Landschap door Sonja Backx Ruim 50 vrijwilligers leiden jaarlijks honderden groepen rond. Op de gidsendag was het de beurt aan de gidsen zelf om rondgeleid te worden. Zaterdag 30 mei was het dan zover: Natuurgidsendag in Heinkenszand. Een soort „verwendag" voor gidsen die excursies, georganiseerd door de Stichting, leiden in natuurgebieden van Het Zeeuwse Landschap. Hoewel niet alle (ongeveer 50) gidsen aanwezig waren, waren Noord-Beveland, Saeftinghe, de Zwarte Polder, de Yerseke Moer, Ter Hooge en het Zwin toch goed vertegenwoordigd. Plaats van samenkomst was landgoed Landlust; het ruim schoots tussen bomen liggende kantoor van de Stichting; een bij uitstek geschikte, schitterende lokatic voor deze natuurdag. Zoals Robert J. Willems het in de openingsspeech al mooi ver woordde zijn de natuurgidsen de ambassadeurs van de Stichting: ..jullie geven informatie aan excursieleden over flora en fauna, historie van liet gebied en uiteraard over het landschap zelf. Zo bepalen jullie toch het gezicht van de Stichting". Hij vemieldde dat er inmiddels een kleine 9000 donateurs zijn aangesloten. Niet slecht voor Zeeland. Toekomstplannen voor enkele natuurgebieden kwamen ook even aan bod. „In het Land van Saeftinghe willen we op een grote boot een bezoekers centrum inrichten, het omringen de akkerbouwland van landgoed ter Hooge zal „omgetoverd" worden tot een heggenland- schap". Een naam is er ook al voor het project: „Tuin van Zeeland". Bovendien nadert de ruilverkaveling op de Yerseke Moer z'n einde. De dag met als doel „kennis maken, informeel samenzijn en ervaringen uitwisselen", kon na deze heldere opening ten volle z'n aanvang nemen. De koffie (met bolus) was inmiddels met smaak verorberd en iedereen kreeg de gelegen heid rond te kijken in het vernieuwde kantoor van de Stichting. Het recentelijk gerenoveerde uit 1809 daterende Koetshuis kon tevreden zijn met z'n nieuwe „ik": „sfeervolle ruimtes, lijkt wel een landhuis". Kortom, de positieve reakties waren niet van de lucht. Maar niet alleen het „stenen" gedeelte stond in de schijn werpers. Een rondwandeling door het bos van Landlust stond ook op het programma, zodat we even konden genieten van de natuur. Een oase van mst: het rustig kronkelende wandelpad, de onmiskenbare vogelgeluiden en al het groen dat zachtjes werd aangeraakt door een goudgele tint die ontstond dankzij de zon die af en toe door het gebladerte heen keek en zo ook figuurlijk een warme sfeer creëerde. Al wandelend gaven alleen de enkele hoogbejaarde fruit- boompjes blijk van het feit dat het huidige bos vroeger een moestuin is geweest van het grote kasteel. De ware inborst van de genodig den bleef vanzelfsprekend niet verborgen: wilde valeriaan, schaduwkruiskruid, acacia, japanse duizendknoop en de meidoorn werden onmiddellijk achterhaald, met of zonder hulp van vakgenoten. Ongeveer op de plaats van het vroegere oude kasteel is in middels een restaurant verrezen waarheen pas werd gezet voor twee sprekers. De eerste spreker, Wim de Wilde van Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij had z'n vrije zaterdag („eigenlijk liever vandaag niet, maar toch maar wel") opgeofferd om ons infor matie te geven over „de natuur en de mens". Hij vertelde dat de mens tot 40 a 50 jaar geleden nog in volle harmonie met de natuur leefde. Af en toe zorgden mensen nog voor verrijking. Maar daarna heeft de mens ver armend op de natuur gewerkt. Boeren die intensivering en waterbeheersing toepassen. Duinen die verdrogen omdat er drinkwater aan onttrokken wordt. 9

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 1992 | | pagina 9