Het perspectief Binnendijks Buitendijks openen zich wijdse perspectieven. In Zuid-Holland en Noord- Brabant is men al bezig. Plannen voor het weer openzetten van de Haringvliet- sluizen zijn in een vergevorderd stadium. Het Eiland van Dordrecht en de Sliedrechtse Biesbosch krijgen gedeeltelijk een natuurfunctie. In de Noord- waard in het westelijk deel van de Biesbosch zal 600 ha land bouwgrond in moeras verande ren. Als de Rijn in de nabije toekomst volledig gesaneerd is - een kwestie van geld, de technologie is beschikbaar- en het water niet langer veront reinigd is, dan kan er over gedacht worden om de rivier weer toegang te geven tot de Oosterschelde. De dynamische estuariene gradiënt, nog steeds het kenmerk van een open landschap met getij, loopt dan weer van de Biesbosch tot aan Neeltje Jans. Ook ontpolderen, het weer toelaten van de zee in ooit bedijkte polders, is een mogelijkheid. De Selenapolder bij het Verdronken Land van Saeftinghe is een voorbeeld. "Ontpolderen" is overigens psychologisch gezien een slecht gekozen term. De w rede zee toelaten in de polder is met name in het licht van de Ramp van 1953 onbespreekbaar. Ontpolderen mag uiteraard nooit ten koste gaan van de veiligheid. Veiligheid moet voorop blijven staan in het kwetsbare Zeeland dat altijd voor een groot deel onder de zeespiegel zal blijven liggen. Waar blijft Zeeland Kansen te over. Natuurontw ikkeling langs de laaggelegen zuidkust van Schouwen-Duiveland en langs de unieke inlagenkust van Noord-Beveland is mogelijk. Op N.-Beveland mag de natuur- ontwikkelaar wel haast maken, de recreatie dringt welhaast onstuitbaar op. Op Neeltje Jans is een goede aanzet gegeven om de natuurwaarden te De Selenapolder - door de natuurkrachten ontpolderd. vergroten: een duinlandschap, een vogeleiland, een slufter, een dijktuin. straks nog een inlaag. Toch heeft Neeltje Jans haar vormen niet mee: het is moeilijk om je op dit kunstmatige eiland los te maken van de overvloed aan star beton en asfalt. En dan binnen de dijken, in de polders. Het contrast tussen de brakke laaggelegen weide gronden en de hogere gronden kan geaccentueerd worden door meer bomen aan te planten. Financieel gezien moet bebos sing aantrekkelijker gemaakt worden dan braaklegging. De omvang van een reservaat is van groot belang. Een natuurgebied met alles erop en eraan, waarin alle levensvormen tot hun recht komen, heeft een bepaald oppervlak nodig. Het landgoed Landlust in Heinkenszand bijvoorbeeld, is mooi. maar het is te klein. Overal in het bos is de woon)omgeving nadruk kelijk aanwezig. De overhoekjes bij af- en opritten van rijks wegen vormen leuke natuur gebiedjes, maar ze zijn eigenlijk te klein en te rumoerig om echt natuur te heten. Een goed ont wikkeld bos is al gauw enkele honderden hectares groot. Aanzetten tot het uitbreiden van de Zeeuwse groene ruimte liggen aan de randen van bestaande natuurgebieden, zoals oudlanden. binnenduinen, kreken en inlagen. De toekomstdroom van de natuurontwikkelaar? Grote natuurgebieden, omgeven door een corridor waarin intensieve recreatie toelaatbaar is. Geen autowegen of -weggetjes tot in het hart van het gebied. Alleen fietsroutes mogen er dwars doorheen lopen. Laat de men sen vanaf de parking minstens een half uur te voet gaan naar het hart van het terrein. De lopende natuurgenieter die dat kan opbrengen is welkom. Geen hek er omheen, maar wel barrières opwerpen: greppels, drassige vlaktes (vooral geen prikkeldraad). Op natuurlijke wijze wordt de toeristenstroom dan gereguleerd. De Zak van Zuid-Beveland is fraai en groots, en zou aan dit toekomstbeeld kunnen beantwoorden, maar dan zouden veel meer dijken voor het autoverkeer gesloten moeten zijn. Het zal veel geld kosten, maar het is een investering in een nog aantrekkelijker Zeeland dat, naar de mens gesproken, de komende eeuwen niet meer getroffen zal worden door een watersnood. Zeeuwse bomen mogen nu 100 jaar oud worden. De Stichting Het Zeeuwse Landschap is er klaar voor. 6

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 1993 | | pagina 6