De toekomst van
Saeftinghe
Wel of niet ingrijpen?
Afsluitend
stormvloeden Saeftinghe over
stroomd wordt, worden de
hoogste waterstanden iets afge
topt. In Saeftinghe wordt veel
slib uit de geulen van de Wes-
terschelde afgezet. Door deze
"slibberging" worden de geulen
ontlast, hetgeen de helderheid
van de geulen ten goede komt.
Naast deze functies ten aanzien
van de morfologie, de water
beweging en de slibhuishouding
van de Westerschelde heeft
Saeftinghe uiteraard nog vele
functies van ecologische aard.
Het project OOSTWEST onderzoekt de verschillende
mogelijkheden om de vaarwegfunctie en de natuurfunctie
van de Westerschelde duurzaam naast elkaar te laten
voortbestaan. In het project werken Rijkswaterstaat
Directie Zeeland en Dienst Getijdewateren samen met de
Antwerpse Zeehavendiensten, de Dienst Tijgebonden Wat
erwegen, het Instituut voor Natuurbehoud in Hasselt, de
Universiteit Gent en de Rijksuniversiteit Utrecht. Binnen
het project zijn drie werkgroepen actief: de werkgroepen
zand (onderzoek naar zandtransporten), getij/zout/slib
(onderzoek naar getijbeweging, zout-zoet-gradiënt en
slibhuishouding) en natuurontwikkeling.
Het doel van de werkgroep natuurontwikkeling is te
komen tot behoud en versterking van de overgang van
zoute naar zoete levensgemeenschappen die in de
(Wester)Schelde aanwezig is. Door deze werkgroep wordt
onder andere onderzoek verricht naar de ontwikkeling
van Saeftinghe op het gebied van morfologie, vegetatie,
vogelstand, vervuiling en de samenhang tussen al deze
aspecten.
De resultaten van het project OOSTWEST worden regel
matig besproken met medewerkers van het Zeeuws Land
schap. De gidsen van Het Zeeuws Landschap leveren
bovendien vaak waardevolle informatie over het gebied.
Uit het voorgaande is gebleken
dat Saeftinghe steeds hoger
wordt; het schor is aan het
verlanden. Momenteel wordt
Saeftinghe gekenmerkt door een
afwisseling van lage, natte delen
en hoge, droge delen. In de
toekomst zal het hoge, droge
schor gaan overheersen. Zonder
beheer (bijvoorbeeld begrazing)
zal Saeftinghe gaan verruigen.
Saeftinghe zal alleen nog wor
den overspoeld bij zeer hoge
vloeden, en zal in betekenis
afnemen als slibbergingsgebied,
als kombergingsgebied en als
overstromingsgebied tijdens
hoge waterstanden. Hierdoor zal
het slibgehalte van de geulen
toenemen, en moet meer gebag
gerd worden om de vaargeul op
diepte te houden. De toekomst
van het schor is dan ook onlos
makelijk verbonden met toe
komst van de gehele Wester
schelde.
Na toekomstschets kan men
zich de vraag stellen: moet er
nu wel of moet er nu niet wor
den ingegrepen? Als een natuur
lijke successie van verlanding
wordt nagestreefd, is het
duidelijk dat niet ingegrepen
dient te worden. Wanneer men
de morfologische en ecologi
sche functies die Saeftinghe nü
voor de hele Westerschelde
heeft in de huidige vorm wil
behouden, moet men wèl
ingrijpen. Het ingrijpen kan er
op gericht zijn de snelle
verzanding van de geulen tegen
te gaan. Een mogelijkheid is dan
het uitbaggeren van de grote
geulen van Saeftinghe, die zoals
Profiel Saeftinghe 1931-1962
Speelmansgat Ijskelder
+3
+2
+1 -
N.A.P. -
-1
-2
-3
-4
Hondegat
sedimentatie
erosie
uit figuur 3 blijkt veel ondieper
zijn geworden. Deze maatregel
is van tijdelijke aard, omdat na
de maatregel de geulen vanzelf
weer ondieper zullen worden.
Wel zullen de geulen na het
uitbaggeren gedurende enige
tijd veel slikkiger zijn dan nu,
hetgeen positief is voor de
natuurfunctie van Saeftinghe.
Het ingrijpen kan er ook op ge
richt zijn om de natuurlijke op-
slibbing van de schorren terug
te zetten in de tijd. Er kan dan
worden overwogen een deel
van het schor van Saeftinghe af
te graven. Het schor wordt dan
verjongd, hetgeen inhoudt dat
pioniervegetaties weer op grote
schaal voor zullen komen.
Gebleken is dat het Verdronken
Land van Saeftinghe flink aan
het veranderen is. De morfolo
gie. de vegetatie en de vogel
stand veranderen. Wanneer we
nadenken over de toekomst van
Saeftinghe en het beheer dat in
de toekomst gevoerd zal gaan
worden, moeten alle belangen
op een evenwichtige manier
worden afgewogen. Een ingreep
in het gebied kan alleen gedaan
worden wanneer meerdere
belangen gediend worden en er
rekening gehouden wordt met
de natuurlijke processen die bij
een schor zoals Saeftinghe
horen.
21