Watergids;
Een nieuwe ervaring
door Wil Donkers
In het kader van de "Open dagen van
de natuur" en de "Week van het Landschap"
organiseerden Natuurmonumenten en
Het Zeeuwse Landschap vaarexcursies op
het voormalige Krammer Volkerak.
Dit gezamenlijk initiatief was
gericht op natuurminnende en
natuur-beginnende mensen.
Als beginnend gids van de Stichting
"Het Zeeuwse Landschap" was ik gevraagd
om een van de dagen van dit
"open weekend" voor mijn rekening
te nemen.
Tijdens de kursus voor aankomende gidsen,
had ik al aangegeven behalve op Neeltje Jans
ook op de Slikken van de Heen
te willen gidsen.
Het ligt namenlijk in de bedoeling om
in dit gebied geleide wandelingen
te organiseren en er een wandelpad
aan te leggen.
Na een eerste kennismaking met het
gebied met Chiel Jacobusse en een
verdere verkenning met Arnold van
der Wees, ben ik verschillende keren
het gebied in geweest. Eigenlijk ligt
mijn excursiehart bij het Verdronken
Land van Saeftinghe, waar de werking
van het tij, het spel van eb en vloed,
het avontuurlijke en het immense
steeds weer grote indruk op mij ma
ken. Als voorbereiding op mijn eerste
excursie in dit gebied, ga ik alleen op
pad. Terwijl ik op de Slikken t an de
Heen wandel en steeds dieper het
gebied indring, krijg ik hetzelfde
nietige gevoel, als op Saeftinghe. Je
voelt je klein als mens in zo'n geul,
zeker als je je voorstelt dat er drie
ëneenhalve meter water boven je zou
kunnen staan. De dwingende vloed
en het schurende eb, zijn nog zicht
baar als sporen in het landschap. Ook
als ik me rek kan vanaf de kreek
bodem nauwelijks iets overzien. Op
mijn gevoel zoek ik richting en luister
naar wat de natuur mij te vertellen
heeft. Een hoog op de poten staande
Schotse Hooglander stier, met breed
uitstaande horens haalt me plotseling
uit mijn mijmering. Imposant laat hij
zien, wat hij met een toch aardig uit
de kluiten gewassen wilg kan doen.
Ik wacht een tijdje af en besluit dan
maar met een eerbiedige boog om
hem heen te trekken, achterdochtig
spied ik om me heen. Even verder
stuit ik op een brede kreek vol met
verzoet water. Ik weet van een eer
dere tocht een smal plankiertje, dat
net onder water ligt, te vinden. Het
water is echter troebel en op de tast
van mijn wandelschoenen steek ik
over, een beetje wankel dat wel. Hoe
moet dat nou met een groep van 25,
bedenk ik me ineens. Langs talloze
drooggevallen slingerende geultjes,
groen en roodpaars gekleurd door
zeekraal, vind ik mijn weg terug door
metershoge wilgenroosjes naar de
"promenade" langs het Schelde-
Rijnkanaal.
Dejjrms van land en water in het Krammer-Volkerak
8