Het Zwin geadopteerd door snoepfabriek Verduijn Mieke van der Jagt, Ralf Joosse en Chiel Jacobusse Afgelopen najaar begon een campagne om reservaten te laten adopteren door Zeeuwse bedrijven. Voor de adoptie blijkt erg veel interesse te bestaan. Na de adoptie van Saeftinghe door Neckermann B.V. werd opnieuw een groot terrein geadopteerd. Dit keer betreft dat het Zwin; het oudste reservaat van Het Zeeuwse Landschap. De reden om een terrein te adopteren ligt in de eerste plaats in sympathie voor het werk en de doelstellingen van Het Zeeuwse Landschap. Maar ook zakelijk blijkt adoptie van een natuurgebied voor veel bedrijven interessant te zijn. "Wat je uit de natuur haalt, moet je er op z'n minst weer in terug stop pen", Dat is niet alleen de filosofie van W.H. van Heiten, algemeen directeur van de snoepfabriek Gebroeders Verduijn BV in Breskens, maar ook die van het moederberijf Van Melle in Breda. Dat Gebroeders Verduijn zou inhaken op de adoptie actie van de Stichting Het Zeeuwse Landschap, was eigenlijk wel te verwachten. Dat het Het Zwin zou worden, ook. Verduijn is immers een bedrijf dat natuur en milieu hoog in het vaandel voert en de bedrijfs gebouwen liggen op een kwartiertje rijden van het oudste en één van de mooiste gebieden die de stichting beheert. "Hoe we het adoptiecontract praktisch gaan invullen, moeten we nog bedenken. Vast ligt dat we drie jaar lang 25.000 gulden beschikbaar stellen voor het beheer van Het Zwin." Herstel Verduijn, onderdeel van snoepgigant Van Melle in Breda, produceert in Breskens snoep. Winegums, citroen- ballen, zwart-wit-kogels, lollies, keelpastilles, noem maar op. "Snoep is bedoeld om van te genieten en genieten kun je alleen in een omge ving die dat genot niet in de weg staat. Wij willen gewoon dat de generaties na ons ook nog kunnen snoepen. Zonder stank, zonder vergif en met de natuurlijke rijkdom, waar over we nu nog beschikken. Dat betekent voor een bedrijf dat je niet zomaar gebruik kunt maken van die natuurlijke rijkdommen, maar dat je er ook in moet investeren. Verduijn, maar ook Van Melle, probeert aan de ene kant de milieubelasting zo gering mogelijk te houden. Uit onze speciale jaarverslagen blijkt dat we daarin steeds beter slagen. Maar we blijven met de vraag naar grondstoffen, de produktie en de distributie het milieu belasten. Het heeft geen zin dat te ontkennen. Waar we dat doen, proberen we te werken aan herstel. Zo betalen we mee aan de aanplant van bossen in Brazilië en Indonesië We gebruiken per slot van rekening nog al wat papier voor verpakkingen en de uitstoot van C02 krijgen we ook niet op nul. Groene stroom Voor een deel van onze energie behoefte hebben we een contract voor groene stroom afgesloten met Delta Nutsbedrijven. Het liefst zouden we in Breskens zelf energie opwekken met windmolens, maar dat is planologisch nog niet mogelijk. Van Melle heeft in Breda hat hele dak volgelegd met zonnecollectoren. Dat is echt niet de goedkoopste manier om energie te krijgen, maar wel de schoonste op die plaats. Als je als bedrijf voor een bepaalde koers kiest, moet je die ook varen. Vandaar die groene stroom. Die is duurder, maar we maken er duurzame energie opwekking mee mogelijk." Leuke dingen De adoptie van het Zwin moet niet worden gezien als een compenseren de maatregel, of het moest zijn voor de bedrijfsgebouwen in Breskens. "Wat zo'n adoptiecontract voor een bedrijf aantrekkelijk maakt, is de nabijheid van zo'n gebied. Wij willen de woonomgeving voor onze werk nemers zo goed en zo gezond moge- De leiding van Verduijn B. V. op excursie in het Zwmgebicd. 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 1997 | | pagina 5