Het beheer van het Verdronk
Nieuw beheersplan gereed
door Rob Lensink, Martien Meijer en Gert-Jan Buth
Door het getijde komt zout water
tweemaal per dag de Westerschelde
in. Vanaf de andere kant stroomt zoet
water vanuit België via de Zeeschelde
en Westerschelde naar de Noordzee.
Tussen Antwerpen en Borssele ver
mengen het zoete en zoute water
zich. Saeftinghe ligt halverwege deze
overgang van zoet naar zout en bin
nen Saeftinghe is het oostelijke deel
zoeter dan het westelijke. Deze gra
diënt zorgt voor een bijzondere flora
en fauna, zowel in het water als op
het land. Door lozing van zoet water
bij Bath vanuit het Rijn-Schelde Ka
naal op de Westerschelde, is Saeftinghe
sinds 1980 iets zoeter geworden. De
Westerschelde en het Eems-Dollard-
gebied behoren tot de laatste grote
zeearmen in West-Europa waar zoet
en zout elkaar ontmoeten.
De dynamiek van het getijde, met als
grootste getijdeverschil 4,5 meter,
veroorzaakt in de buitendijkse terrei
nen langs de Westerschelde enorme
waterverplaatsingen. In schor-lokaties
met veel stroming treedt erosie op,
elders wordt het meegevoerde sedi
ment weer afgezet. Het geulenstelsel
in Saeftinghe verandert hierdoor. Bij
opkomend tij stromen eerst de geulen
vol. Zodra deze geulen gevuld zijn,
stroomt het water over de schorren
uit. Direct langs de geulen wordt het
zwaardere zandige materiaal als
oeverwal afgezet. Het lichtere kleiige
materiaal bezinkt verder van de geul
af, in de zogenaamde kommen. De
bodemkundige verschillen tussen
oeverwallen en kommen komen tot
uitdrukking in de vegetatie en vervol
gens ook in de fauna. In het oosten
van de Westerschelde heeft sedimen
tatie de overhand, waardoor Saef
tinghe sinds 1930 hoger is geworden.
Een steeds groter deel van het terrein
komt hierdoor boven gemiddeld
hoog water uit.
De plantengroei
De plantengroei op Saeftinghe is een
afspiegeling van de invloeden van
zoet en zout water en de overspoe-
lingsduur tijdens eb en vloed. Van
wege het brakke karakter van het
Saeftinghe
10
wind en water heer en meester zijn.
Echter, aan de horizon vertellen de
schepen op de Westerschelde en het
silhouet van de havens van Antwer
pen, dat het rond Saeftinghe bruist
van de activiteit.
Vanwege het unieke karakter van
Saeftinghe spant Het Zeeuwse Land
schap zich sinds 1972 in voor een
goede bescherming en een optimaal
beheer van Saeftinghe. Ruim 2.550
ha is eigendom van de Staat dei-
Nederlanden. Sinds 1976 is de Stich
ting gerechtigd hierover het beheer te
voeren. In 1993 zijn de overige 545
ha in eigendom verworven, en kwam
het beheer van het totale gebied in
één hand. Het bijzondere karakter is
ook erkend in de aanwijzing als
Natuurmonument in de zin van de
Natuurbeschermingswet.
Een dynamische wereld
Afgelopen najaar is het beheersplan voor het
Verdronken Land van Saeftinghe
gereedgekomen. Dit plan vervangt het
vorige dat geldig was tot 1997. In het
nieuwe plan, dat loopt van 1997 tot 2009,
wordt stilgestaan bij de huidige betekenis
van Saeftinghe, de ontwikkelingen in de
afgelopen beheersperiode en de effecten van
het gevoerde beleid en beheer. Daarnaast
wordt een visie gegeven op de toekomst van
Saeftinghe en hoe daar in de komende 12
jaar naar toegewerkt gaat worden. Het
nieuwe beheersplan kwam tot stand dankzij
een subsidie van het Prins Bernard Fonds.
In dit artikel worden de belangrijkste
punten uit het beheersplan samengevat.
Het Verdronken Land van Saeftinghe
(3150 ha) is het grootste schorren-
gebied in de Westerschelde. Wie bij
Paal vanaf de zeedijk over het gebied
uitkijkt, wordt getroffen door de
enorme uitgestrektheid. Dit roept
beelden op van oerlandschappen waar
Wat maakt Saeftinghe nu zo uniek?
De Westerschelde is de laatste
Zeeuwse zeearm die volledig in open
verbinding staat met de Noordzee.