Kluut is k(r)oning! door Marianne Lundah Twee jaar geleden was ik met Piet, ex-boer en natuurliefhebber op pad, ergens op Schouwen. Het was één van die prachtige dagen waar je nog jaren op teert. Het is 11.30 uur, een heerlijk warme voorjaarsdag in mei. We hebben al een tijdje met onze verrekijkers het akkerland afzitten speuren op zoek naar broedende kievieten en schol eksters. Van één perceel weten we van de boer dat hier zeer binnenkort zonnebloemen gezaaid gaan worden. We hebben toestemming van hem om dit land af te zoeken naar nesten. Een aantal nesten hebben we al ge vonden en gemarkeerd met stokken. Op die manier is het nest beter zicht baar en is het eenvoudiger om erom heen te werken of om de machine op te tillen. We staan al een tijdje bij dit perceel, dat van nature licht glooiend is. Om dat het kleigrond is, is het stukje land voor de winter geploegd. De kluiten zijn grof en de ploegvoren zijn goed te zien. Het land is rijk aan kleurscha keringen en heeft veel donkere plek ken. Waarschijnlijk komt dit door het zout in de ondergrond. Aan de rand is een brede, ondiepe waterloop. Aan de begroeiing op de oever is te zien dat het water brak of zout moet zijn. Het bruist van leven in dit water. Het wemelt van de tureluurs, kluten, bergeenden en zelfs een zwarte ruiter is er op zoek naar voedsel. Dan stoot Piet mij aan en wijst een plaats aan op het bouwland. Een paartje kluten loopt heen en weer te keutelen, net tussen de derde en vierde ploegvoor van rechts, zo'n 200 m van ons van daan. Er broeden meer kluten op dit stukje bouwland, maar deze gedragen zich anders. Meestal zit één ouder te broeden en is de ander dicht in de buurt zijn/haar verenpak aan het poetsen of is voedsel aan het zoeken in nabijgelegen water of op het slik aan de andere kant van de zeedijk. Ik kijk nog eens en zie plotseling dat dat kluitje grond dat ik in beeld had, een crèmekleurig pluizig bolletje is dat zich langzaam in beweging zet. De jonge kluut beweegt zich onwennig en struikelt meer dan dat het loopt over die grote kluiten. Er blijken ineens vier van die bolletjes te zijn! En opvallend is dat één ervan een Vader en moeder drentelen zenuw achtig heen en weer. Als ze alle vier redelijk op de poten staan lopen de ouders richting waterloop. Ze stappei behendig over de grote kluiten. De kleintjes hebben het er een stuk moeilijker mee. En die kleine kan het echt niet bijhouden en blijft een heel eind achter. Ze loopt min of meer alleen. Piet en ik leven mee. Als er nu maar geen zilvermeeuw voorbij komt Die beschouwt dit kleine schepsel als een heerlijke lunch. Dan keert een van de ouderdieren zich plotseling om en loopt terug naar de kleine. We slaken een zucht, gelukkig! De kleine is niet vergeten. Al gauw is de familie weer compleet en hobbelt verder richting de waterloop. De kluut is een karakteristieke vogel, die opvalt door haar zwart-witte verenpak en de zwarte, naar boven gebogen snavel. Ze broedt het liefst op kale grond zonder begroeiing, met een sterke voorkeur voor brakke of zite situaties. Voor het voedsel is zij afhankelijk van ondiep water met een slibrijke bodem. Door de snavel met een "maaiende" beweging heen en weer te bewegen, haalt zij uit de bovenste laag van het slib allerlei kleine weekdieren en kreeftjes. De kluut is daarom geen echte weide vogel, maar meer een kustbroedvogel Kale grond met een zilt karakter zon der begroeiing is te vinden langs de kust. Maar ook kunstmatige, opge spoten terreinen kunnen dit karakter hebben. Dit soort gebieen wordt ech ter steeds schaarser. Dat is de reden dat zij ook bouwland (akkerland) opzoeken om te broeden. Dat is in principe ook "kaal" land. Bouwland

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 1998 | | pagina 6