nog af van een natuurlijke situatie,
maar is wel een grote stap in de
goede richting.
Tot op heden is er nog geen geld
beschikbaar gesteld voor de aanleg
van het doorlaatmiddel. Het Veerse
Meer moet dus nog wachten op een
structurele verbetering van de
kwaliteit.
Watervogelreservaat Veerse Meer
Bij akte van 2 oktober 1939 ging de stichting Het
Zeeuwse Landschap over tot de huur van het jacht-
recht op de schorren, begroeide en onbegroeide
slikken, zandplaten en wateren in het Veergat, de
Zandkreek, de Piet, de Schenge en het Sloe.
De bedoeling van dit contract was de realisatie van
een watervogelreservaat. Het genot van de jacht werd
dus gehuurd om in de genoemde gebieden niet te
jagen en om te voorkomen dat anderen er zouden
gaan jagen. De Stichting wilde de rust van de rijke
vogelwereld in deze buitendijkse gebieden
garanderen
Nog altijd huurt Het Zeeuwse Landschap het jacht-
recht in het huidige Veerse Meer en de bedoelingen
daarvan zijn nog onveranderd. Na de afdamming
heeft de vogel wereld grote veranderingen ondergaan.
De dichtheid aan watervogels op het Veerse Meer is
nog steeds de hoogste van alle Deltawateren.
RJW
Ondiep water in bet Veerse Meer.
Voor de recreatie brengt dit overlast
met zich mee in de vorm van over
matige groei van zeesla en stank door
rotting op het moment dat het water
peil omlaag gaat. De recreatie is
tevens gebaat bij een latere verlaging
van het peil, waardoor verlenging van
het seizoen mogelijk is. Ook de
natuur is gebaat bij een natuurlijker
waterpeil. Omdat de delen tussen 70
centimeter beneden NAP en NAP
jaarlijks droogvallen kunnen zich hier
geen stabiele levensgemeenschappen
ontwikkelen.
L'it dezelfde beleidsanalyse kwam
paar voren dat de aanleg van een
doorlaatmiddel in de Zandkreekdam
een oplossing kan vormen voor de
slechte waterkwaliteit. Zo'n door
laatmiddel bestaat uit een tweetal
afsluitbare kokers in de dam, die
wateruitwisseling tussen het Veerse
Meer en de Oosterschelde mogelijk
maken. Door het inlaten van Ooster-
scheldewater krijgt het meer een sta
biel, hoog zoutgehalte, terwijl uitlaat
van water uit het Veerse Meer in de
richting van de Oosterschelde leidt
tot een verlaging van de concentraties
aan voedingstoffen in het meer.
Deze maatregelen in combinatie met
de instelling van een vast waterpeil op
ongeveer NAP maken de ontwikke
ling van een stabiel zout ecosysteem
mogelijk, terwijl ook de omstandig
heden voor de recreatie verbeteren.
Het vaste waterpeil wat na de aanleg
van het doorlaatmiddel ontstaat wijkt
Luchtopname van het Veerse Meer (1991).
17