Van revolutie tot evolutie 200 jaar Rijkswaterstaat door Arnold van der Wees De kruitdampen waren inmiddels opgetrokken. De Bastille lag in puin, de guillotine draaide op volle toeren. Het democratische "vrijheid, gelijkheid en broederschap", moest ook elders in Europa gepredikt worden. In januari 1795 trokken de Fransen, vergezeld van vele uitgeweken patriotten over de bevroren rivieren ons land binnen. De Bataafse republiek was een feit. Rijkswaterstaat is een kind van de revolutie. In die tijd werd er gestreefd naar centralisatie, ook op waterstaatsgebied. Op 24 mei 1798 werd bepaald dat onder de "Agent van inwendige policie (Minister van Binnenlandse zaken) en toezigt op den staat van dijken, wegen en wateren", voortaan een president stond voor het beheer van de zeeweringen, zeedijken en waterstaat met een bureau "tot bestiering van al hetgeen tot deszelfs waterstaat betrekkelijk is". Rijkswaterstaat heeft de zorg voor bescherming tegen water, voldoende en schoon water aanleg en beheer van wegen en vaarwegen. Hoe ging dat dan vroeger? Met name het on derhoud van de dijken was een aan gelegenheid van individuele burgers, kleine gemeenschappen en later de waterschappen. De veel beter georga niseerde waterschappen onder leiding van een dijkgraaf beheerden vaak ook niet meer dan een paar polders en dijken. In de tweede helft van de achttiende eeuw begon zich steeds meer te wreken dat beheer en onder houd nog al versnipperd gebeurde. Bodemdaling en de slechte staat van de rivieren zorgden voor steeds meer overstromingen. Nederland was in die tijd een federale republiek met zelfstandige provincies. In de laatste decennia van de 18 de eeuw ontstond een grote behoefte aan politieke hervormingen. Met name de hervormingsgezinde patriot ten zochten naar meer eenheid in de waterstaatszorg. Zij beschouwden een goede infrastruktuur en fysieke veilig heid als essentiële voorwaarden voor welvaart en welzijn. De patriotten kregen echter geen poot aan de grond, velen weken zelfs uit naar Frankrijk. Wat de patriotten niet voor elkaar kregen lukte de Fransen na hun Mensen brachten in He Delta vaak bun eigen veiligheid in gevaar. Door het weggraven van veen voor brandstof en zoutwinning daalde de bodemen nam de kans op overstroming toe. 6 inval in 1795 wel. Vanuit een door Napoleon ingesteld centraal gezag ontstond in 1798 Rijkswaterstaat. Aanv ankelijk had Rijkswaterstaat een sterk militair karakter. Aspirant inge nieurs werden gekozen uit de Artil lerie- en Genieschool in Delft, die naast een gedegen militaire opleiding ook opleidingen verzorgde voor waterstaat. Vreemd was dit overigens niet als je bedenkt dat waterstaatkun dige kennis vooral in militaire handen was. Met name in de 80-jarige oorlog bleek water een geducht wapen in de strijd. Door polders onder water te zetten ontstonden waterlinies die toen een vijandelijke opmars konden stuiten. Om verder op te klimmen moesten de jonge ingenieurs Nederlands en Frans kunnen lezen en schrijven voor je kon toetreden tot het "Corps". Om te kunnen trouwen had je toe stemming van de minister nodig, ambtenaren droegen uniformen en de hoofdingenieur werd overste ge noemd. Een rang die gelijk stond met een luitenant-kolonel van de Genie. In de beginjaren kende de waterstaat wel zeven verschillende organisatie vormen in 18 jaar tijd, een gevolg van staatkundige veranderingen in die periode. Alle macht lag inmiddels bij de staat en aan gewestelijke besturen was nauwelijks een eigen bevoegdheid overgelaten. Oude gewestelijke inde lingen werden overboord gezet en naar analogie van de Franse gewoonte om departementen riviernamen te geven, ging Zeeland op in het depar tement van Schelde en Maas. Andries Schraver (1754-1827) uit Brouwershaven was de eerste hoofd ingenieur van waterstaat in Zeeland. Hij was een self-made man die zijn vakmanschap in de praktijk had ver worven. Schravers zorgenkindjes waren "calamiteuze" polders. Dit zijr polders die door stormaanvallen, stormvloeden en dijkvallen een ver hoogd risico hadden onder water te lopen. Onvermoeibaar leek hij in zijn inzet om als gevolg van een storm ramp in 1808 gaten te dichten en versterkingen aan te leggen. Hij moet 1 amper uit de kleren zijn geweest als je I

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 1998 | | pagina 6