WINTERWEETJES
HET KAN VRIEZEN,
HET KAN DOOIEN
DOOR JOS BROEKE
:hool hebben we geleerd dat Nederland een zeeklimaat heeft en dat geldt natuurlijk in
de eerste plaats voor Zeeland. Een zeeklimaat kenmerkt zich door koele zomers, zachte winters en regen
in alle jaargetijden.
De laagste temperatuur die in Zee
land is gemeten is -19,6 graden op
21 februari 1956 op het voormalige
vliegveld bij West-Souburg. Landelijk
is de laagste temperatuur -27,4 gra
den op 27 januari 1942 in Winters
wijk.
Het aantal vorstdagen (minimum
temperatuur onder nul) varieert in
Zeeland gemiddeld van 33 in Vlis-
singen tot 59 in Kapellebrug. Het
grootste aantal vorstdagen kwam
voor in 1979 in Kapellebrug: 95. In
Vlissingen kwam in 1988 geen enkele
vorstdag voor. Het aantal ijsdagen
(maximumtemperatuur onder nul)
varieërt in Zeeland gemiddeld over
dertig jaar: 7. Het grootste aantal
ijsdagen kwam voor in 1963: 43 in
St. Annaland.
In een gemiddelde Nederlandse
winter valt in Zeeland zo'n 181 mm
neerslag, meestal in de vorm van
regen. De droogste winter was de
winter van 1963-1964, toen in Vlis
singen slechts 57 mm werd afgetapt,
de winters van 1947-1948 en 1987-
1988 leverden 271 mm neerslag op.
Het aantal dagen waarop sneeuw
wordt gesignaleerd is in Vlissingen
weliswaar nog maar 12. Op die da
gen is sprake van een sneeuwdek.
De laatste tien jaar is er bijzonder
weinig sneeuw gevallen. In de winter
van 1962-1963 lag er sneeuw van 26
december tot 5 maart.
De zon schijnt in de drie wintermaan
den gemiddeld 162 uur. Koude win
ters brengen gewoonlijk veel zon: zo
scheen de zon in de winter van
1962-1963 224 uur, in de winter van
1945-1946 kregen we slechts 88 uur
zon. Zeer zonnig was de zachte win
ter van 1947-1948: 280 uur zon.
Storm is ook een verschijnsel dat in
de wintermaanden regelmatig op
treedt. Windkracht 9 (storm) komt
vrijwel iedere winter enkele malen
voor. Windkracht 10 tot 11 (zware
storm tot zeer zware storm) is veel
zeldzamer. In Vlissingen is slechts
eenmaal windkracht 12 (orkaan)
gemeten: op 7 september 1944.
De windmeter stond toen op Hotel
Brittania op de Boulevard.
Nederland beschikt over een reeks
waarnemingen die teruggaat tot
1706. Uit de eeuwen daarvoor zijn
geen instrumentele waarnemingen
bekend maar aan de hand van oude
kronieken kunnen we nog wat verder
terugkijken. Het valt op dat strenge
winters niet gelijkmatig over de
eeuwen verdeeld zijn, maar er zijn
Het winterweer varieërt sterk van jaar
tot jaar: de koudste winter die sinds
het begin van de metingen in Zee
land in 1855 is voorgekomen was de
winter van 1962-1963 met een ge
middelde etmaaltemperatuur in Vlis
singen van -1,7 graden (normaal 3,7
graden). De zachtste winter was het
seizoen 1989-1990 met een gemid
delde van 6,6 graden. In zo'n winter
komt nauwelijks vorst voor, terwijl
het winterweer in 1962-1963 bijna
drie maanden duurde.