MIDDELBURG 2030, WALCHEREN IN VLUGGE VLEKKEN pi DOOR MIEKE VAN DER j A G T Het zou de eerste keer niet zijn, dat het oorspronkelijk landschap moet wijken voor economische en stedelijke ontwikkeling. Dat niemand het zich echt voor kan stellen, alvast met weemoed spreekt over dierbare zaken die gaan verdwijnen en dan, plotseling, op een dag moet vaststellen dat er een graafmachine bezig is. Zoiets staat ook op Walcheren te gebeuren als Riek Bakker, plannenmaakster met een reputatie van vastbesloten doelgerichtheid, haar zin krijgt. Landerijen rond Landgoed Ter Hooge: heggen- landschap of luxe bebouwing? En dat ze haar zin krijgt, is zeker niet uitgesloten. Middelburg juicht bij de plannen. Chique bedrijventerreinen met lanen en singels, een bos met re creatievoorzieningen naar de kant van Veere en ontpoldering tussen het Kanaal door Walcheren en Arnemuiden. Middelburg moet aan het Veerse Meer komen te liggen door het scheppen van een soort Goese Meer tussen de stad en het water. Het jaar 2030 is het toverjaartal. De plannen bestrijken de periode tot dan en de kaart van Walcheren is gefa seerd, in vlugge vlekken inge kleurd. De vlugge vlekken van 2030 vertonen voor de polders ten oosten van het kanaal, rechte blokken woonbebouwing tussen water. Arnemuiden staat in ge stippelde kaveltjes ingetekend maar Kleverskerke is nergens meer te vinden. De gebruikers van het landschap hebben er nogal dubbele gevoelens bij. Aan de ene kant kunnen ze op voorhand al een soort van heimwee voelen, aan de andere kant doet het toverjaartal zijn werk: "2030 is nog zo ver weg". L. Aarnoutse boert al zijn hele leven op de grond die Middelburg aan het Veerse Meer moet brengen, en daarvan al twintig jaar biologisch. De plannen hebben voor hem een persoonlijke en een algemene kant. Ik boer hier op goede kreekruggrond en de komgronden zijn prima als wei land te gebruiken. Over het be drijf heb ik geen klagen. Maar ik heb geen bedrijfsopvolging en ik ben de zestig inmiddels ruim gepasseerd. Dan ligt snel de conclusie voor de hand om op een goede afkoopsom te hopen. Dat is de persoonlijke kant van het verhaal. In het algemeen hink ik toch vooral op twee ge dachten.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 1999 | | pagina 16