BROEDVOGELS VAN RETRANCHEMENT DOOR FRED SCHENK 9 W' Breskens de meeste rolluiken en gordijnen zijn gesloten, en wanneer menigeen na een zware dagtaak zo stilletjes aan aan z'n nachtrust begint te denken, trek ik mijn warme jas nog eens aan. Het doel van de tocht is het opsporen van steenuilen in het vroege voorjaar, om de aanwezigheid van deze nachtvogel aan te tonen en dus het aantal broedparen vast te stellen. Gewapend met een cassetterecorder met daarin een bandje waarop de roep van deze kleine uil staat trek ik er op uit om samen met een collega de verschillende territoria te lokali seren. Dat de steenuil op de wallen van Retranchement voorkomt is ons wel bekend: meerdere malen hebben we deze zonaanbidder op verschil lende plekken al gezien. Op een mooie zonnige winterdag zitten ze namelijk graag te genieten van de warme zonnestralen in "hun" boom. Kleinschalig en gevarieerd Retranchement is gelegen in de gemeente Sluis-Aardenburg dicht tegen de grens met België. Het dorp heette vroeger Cadsandria, en is ont staan bij de in 1604 in opdracht van prins Maurits aangelegde en later uit gebreide fortificaties. Het is nog steeds bijna geheel omgeven door deze verschansing ("retranchement"). De vestingwallen (ongeveer 30 hecta re) getuigen van de vroegere econo mische en strategische betekenis van het gebied langs het destijds veel uitgebreidere Zwin in het zuidwesten van Zeeuws-Vlaanderen. Ransuil. (Chris Schenk) In de 10 jaar dat de wallen nu in eigendom van het Zeeuwse Landschap zijn, is er veel gebeurd. De opgaande populierenbeplanting, bestaande uit zo'n 800 stuks, is in de afgelopen jaren in fasen gekapt. De grote hoe veelheden karpers en brasems zijn uit de veste weggevangen en elders uitgezet, waardoor de helderheid van het water enorm is toegenomen. Vele jonge knotwilgen (tronken) en hon derden meters meidoornheg zijn aan geplant. In het afgelopen jaar (1999) zijn ook de broedvogels geïnventariseerd in het kleinschalige en gevarieerde landschap. Dit landschap heeft veel knotbomen, meidoornheggen, struweel en ruigtehoekjes en zo hier en daar zijn er nog restanten van bunkers. Ook rond het dorp zijn nog een aantal boerenerven met wat oude hoogstam- fruitbomen te vinden. Steenuilen Met de voorkennis dat er steenuilen aanwezig zijn, begint het broedseizoen voor de tellers lekker vroeg, op een goede windstille avond half maart gaan we op pad. Een ronde die dit seizoen nog meerdere malen herhaald zal worden. Steenuilen zijn standvogels en echte holenbroeders en zijn dus afhankelijk van holten om in te broeden. In Nederland broeden steenuilen in het algemeen in boomholten, waarbij de verschillende soorten knotbomen (knotwilg en knotpopulier) en hoog- stamfruitbomen favoriet zijn. Maar ook konijnenholen, boerenschuren en andere bouwwerken kunnen als nest gelegenheid geschikt zijn. Daarnaast wordt ook van broedkasten veel gebruik gemaakt, vooral elders in het land. Wallen, truzement. (Fred Schenk)

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2000 | | pagina 9