Wat is 'lucht'? Lucht kun je niet zien, niet proeven, niet horen, niet ruiken en niet
voelen... Toch is het altijd om ons heen. De aarde is omgeven door een dikke laag lucht.
Die laag noemen we de atmosfeer of de dampkring. Lucht hebben we nodig om te kunnen
ademen. Zonder lucht kunnen wij mensen, maar ook dieren en planten, niet leven.
Aan de slag!
Pas aan het einde
van de vijftiende
eeuw ontdekten
mensen dat lucht
een mengsel is van
verschillende gas
sen. Het belangrijk
ste gas is stikstof.
Daar bestaat lucht voor
denappel bijna tachtig procent uit.
Ruim twintig procent is zuur
stof. Verder bestaat lucht
nog voor een heel klein beetje
uit koolstofdioxide en andere
weinig voorkomende gassen.
Groene planten halen kool
stofdioxide uit de lucht. Dat
gebruiken ze om er zelf mee
te groeien. Als ze dat doen,
komt er zuurstof vrij. Op die
manier helpen groene
planten ons om de
lucht zuiver te
houden.
In de lucht is
altijd waterdamp
aanwezig. Als lucht
afkoelt, verandert
waterdamp in water
hazelaar druppeltjes. Op die manier
ontstaan wolken en ook regen.
Er zijn drie hoofdvormen wol
ken. Pluizige, op watten lijken
de wolken noemen we cumulus
(stapel), platte wolkenlagen
noemen we stratus (laag) en
dunne, sliertige wolken noemen
we cirrus (laag). Als wolken
zwaar worden door de water
druppels, vallen de druppels
als regen naar beneden.
De waterdamp uit de lucht
zie je ook als je 's morgens
dauwdruppeltjes op bloemen
en het gras ziet zitten.
Buiten is het 's nachts veel
kouder dan overdag. De heel
kleine waterdeeltjes in de
lucht worden dan zichtbaar
als waterdruppeltjes omdat
de temperatuur gedaald is.
Denappels reageren op de
hoeveelheid vocht in de lucht.
Bij droog weer openen ze zich,
bij vochtig weer gaan ze dicht.
Zo kunnen de zaadjes goed
verspreid worden. Want bij
droog weer kunnen ze de den
appel verlaten om door de wind
ver meegenomen te worden.
Kikkers hebben ook een leuk
'trucje' met lucht. Nu
ze uit hun winter
slaap gekomen zijn,
proberen ze met
hun gekwaak
vrouwtjes te ver
leiden. Hiervoor
pompen ze hun
wangen vol met
lucht. Door ze
langzaam leeg
laten lopen, wordt het kwa
kende geluid hoorbaar.
Je ziet hieronder een water
spin getekend. Zie je, wat ze
om zich heen heeft? Juist een
luchtbel! Die wordt van water
gemaakt en vervolgens met
lucht gevuld. Als de lucht bijna
op is, haalt de spin luchtbellen
aan het wateroppervlak. Ze
neemt die tussen haar achter
poten mee. De waterspin leeft
in deze 'duikerklok'. Als er een
prooi passeert, komt ze uit de
klok om hem te vangen. Als
dat lukt, neemt ze hem mee
de bel in, om 'm op te eten.
1. Dacht jij dat je lucht niet
kan zien? Vul een teil of
een emmer met water.
Dompel hierin op z'n kop
een lege fles, tot op de
waterspin