IK HOU VAN MIJN
ZEEUWSE LANDSCHAP
COLOFON
DOOR GERT-JAN BUTH
De liefde voor het Zeeuwse landschap,
en ik reken daar ook Goeree-Overflakkee
bij, waar ik mijn eerste twintig jaar
woonde, kent verschillende fasen. Op
Flakkee was het polderlandschap
gewoon de realiteit, je wist niet beter.
Als ik terugdenk, waren die jaren van
fietsen over de polderdijken tussen
Den Bommel en de middelbare school
in Middelharnis bijzonder. Stille zomerse
dagen met zingende veldleeuweriken
onzichtbaar in de lucht, en in de nazo
mer de geur van aarde, door het rooien
van aardappelen, uien en bieten en
later het geploegde land. Op vakantie
was toen: naar Ouddorp toe. Alhoewel
ik me er toen nog niet zo van bewust
was, vond ik vooral de Punt, het
Springersgors in de monding van de
nog open Grevelingen, een mooi en
spannend gebied. Het was een over
gangsgebied tussen duin en schor; uit
gestrekte vlakten bloeiende lamsoor op
een zandig schor, kleine duintjes om
geven door kreken en uiteindelijk de
hoge zeereepduinen. Kortom, het
ideaalplaatje van landschappelijke
afwisseling in de 'juiste' proporties, dat
de mens kennelijk van nature sterk
bekoort. Pas later besefte ik, bij bezoe
ken aan vergelijkbare gebieden elders,
hoe bijzonder de Punt geweest was.
Door de aanleg van de Brouwersdam is
het Springersgors verloren gegaan.
Studerend in Utrecht, in de jaren zeven
tig, ging ik het Zeeuwse landschap pas
echt waarderen, mede door een studie
biologie en de kennis die ik kreeg over
de wordingsgeschiedenis van het
Deltagebied. Toenemende kennis vormt
voor mij nog steeds de aanleiding om
telkens weer opnieuw een stukje
Zeeland te 'ontdekken'. Zo is de laatste
jaren vooral een buitendag in West-
Zeeuws-Vlaanderen vaak een zeer pret
tige ervaring. Hier is, met een beetje
voorkennis, de dynamische wordingsge
schiedenis van het landschap nog goed
'afleesbaar', aan de hand van de kre
ken, dijken, kromme sloten en hoogte
verschillen in het bouwland. Het land
schapsbeeld is op vele plaatsen nog
ongestoord, en je kan hier bovendien
nog regelmatig veldleeuweriken horen
zingen, of patrijzen horen kirren, ook
zo'n ouderwets poldergeluid.
De jaren zeventig van de vorige eeuw
vormden de laatste periode van de
superrationele ruilverkavelingen. Toenter
tijd was dan ook een van mijn eerste
kennismakingen met Zeeland een sterk
ontnuchterende gebeurtenis. Over het bij
zondere landschap van de Zak van Zuid-
Beveland hadden we als studenten in
Utrecht veel gehoord. Echter, tijdens een
winterse wandeling met vrienden in
1972, troffen we hier een triest 'oor
logslandschap' aan. Groot materieel was
hier aan het egaliseren, rechte sloten
aan het graven, kilometers grasland
heggen aan het rooien, en links en
rechts in het landschap stonden grote
hopen gerooid struweel in de brand.
Eind jaren zeventig begon het denken
over de inrichting van het landschap te
wijzigen, en er kwam een nieuwe
Landinrichtingswet. Thans ben ik lid
van de provinciale werkgroep Natuur
ontwikkeling, en, op de keeper
beschouwd, komen de herinrichtings
plannen van deze werkgroep er vaak
op neer dat in de daaivoor aangewezen
gebieden de natuurlijke landschappelijke
variaties, zoals die door de ruilverkave
lingen uitgevoerd tussen 1950 en 1980
zijn weg gevaagd, weer teruggebracht
worden. Dus, terug naar een landschaps
beeld dat veel mensen associëren met
natuurlijkheid. De toenemende aan
dacht voor landschapswaarden in een
snel verstedelijkend Nederland blijkt
onder andere uit de Vijfde Nota Ruim
telijke Ordening, om een deel van de
Zeeuwse en Hollandse Delta als natio
naal landschap aan te wijzen. Volgens
mij zou het provinciaal bestuur dit
voorstel enthousiast dienen te omar
men. Niet alleen wordt hierdoor aan de
behoefte van vele mensen tegemoet
gekomen, maar het zal ook positief uit
werken voor de landbouw en de recre
atie. De Europese landbouwsubsidies
zullen de komende jaren sterk gewij
zigd worden, waarbij meer inspanning
voor natuur en landschap een belang
rijke criterium vormt. Een gebied met
bijzondere landschapswaarden zal daar
om meer mogelijkheden voor Europese
subsidies bieden.
Dr. GJ.C. Buth is hoofd terreinbeheer
van Het Zeeuwse Landschap.
Redactieadres
Stichting "Het Zeeuwse Landschap"
Landgoed Landlust
Postbus 25, 4450 AA Heinkenszand
Telefoon 0113-569110
Telefax 0113-569111
Postrekening 245740
Bank: ABN-AMRO Middelburg
Bank: Rek.nr. 51.03.36.167
Giro van de bank: 46882
Redactie
J. van den Boom - G.J.C. Buth - M.A. Hemminga -
M. Jacobusse - J. Karkdijk - A. van der Wees
Eindredactie
J. Karkdijk
Coxstraat 3, 4421 DC Kapelle
E-mail: jkarkdijk@zeelandnet.nl
Kopij
Bijdragen voor dit blad in de vorm van artikelen,
ingezonden stukken, foto's enz. kunnen worden
gezonden aan de redactie. Inleveren voor het einde
van elk kwartaal. Plaatsing van artikelen betekent
niet dat deze het inzicht van de redactie weergeven.
Vormgeving en productie
Boom Kollektief, Goes
Projecten van Het Zeeuwse Landschap
worden mede ondersteund door:
NATIONALE
POSTCODE
LOTERIJ»
Prim
Bornhaxd j
Fonds \njcr
fondsen
VSB
HET ZEEUWSE
LANDSCHAP
"Zeeuws Landschap" is een uitgave van de Stichting
"Het Zeeuwse Landschap".
Het blad verschijnt vier maal per jaar en wordt toege
zonden aan begunstigers van de Stichting.
De uitgaven van de Stichting geven voorlichting over
het behoud van en de zorg voor landschappelijk,
natuurwetenschappelijk en cultuurhistorisch belangrijke
terreinen in het algemeen en in Zeeland in het bijzon
der. Overname van artikelen en illustraties alleen met
toestemming van de redactie met bronvermelding.