YLI S S INGE
en buitenlui kwamen eraan te pas.
Een echte tuin was het resultaat, een
vorm van cultureel erfgoed die ook in
de toekomst als zodanig beheerd
dient te worden.
wat open en meer besloten was - is
het eigene gebleven. Het moet een
uitdaging zijn om die identiteit van
Zeelands tuin in de toekomst te bewa
ren en te versterken.
teristieke, vaak rechthoekige verkave
ling: allesbehalve spectaculair, maar
betekenisvol zoals archiefstukken dat
zijn.
Uit het voorgaande blijkt al dat land
schap niet uitsluitend vertaald kan
worden in een kaartbeeld, maar dat
we het vooral beleven als een driedi
mensionaal beeld. Nu in het naoorlog
se 'plaatje' van Walcheren de per-
ceelsrandbegroeiing noch de
buitenplaatsen een rol van betekenis
meer spelen, doet de wegbeplanting
dat des te meer. En nu juist deze weg
beplanting rigoureus wordt gesa
neerd, zou dit met de grootst mogelij
ke zorgvuldigheid moeten gebeuren.
Want veel ogen zien toe, en terecht.
Want nog meer dan vroeger is het
landschap van ons allemaal. Het
vormt deel van ons gezamenlijk
geheugen en dat verliezen we toch
niet graag?
Cultuurlandschap is per definitie aan
verandering onderhevig; dat proces
stopzetten zou onnatuurlijk zijn.
Ondanks alle veranderingen die het
Walcherse landschap onderging - het
komen in de zeventiende en achttien
de eeuw van de buitenplaatsen en het
verdwijnen ervan, de wisselingen in
Dat wat ondanks alle verandering
bleef, verdient onze uiterste zorg, al
was het maar op grond van de zeld
zaamheid. Zo zijn de weinige zichtba
re sporen die de naoorlogse herverka
veling overliet van verdwenen
buitenplaatsen het behouden waard.
De vroegere oprijlaan, reliëf, de karak
Drs. A.P. de Klerk is consulent regio
nale geschiedbeoefening bij de Stich
ting Cultureel Erfgoed Zeeland
Het buiten Ter Hooge, tussen
Middelburg en Vlissingen. (Archief
Het Zeeuwse Landschap)
Buitenplaatsen tussen Middelburg
en Vlissingen, zoals ze voorkomen
op de Groote kaart van Walcheren
door Hattinga, anno 1750