AAN DE SLAG
Het is winter, maar dat duurt niet meer zo lang. Het voorjaar komt eraan. Tenminste, in de
natuur zijn er al echte voorjaarsbodes te zien. Tot de eerste vrolijke voorjaarsbodes behoren bloemen
die bloeien uit bollen en knollen. De sneeuwklokjes luiden vaak als eerste het voorjaar in. Sneeuwklokjes
en veel andere bol- en knolgewassen behoren tot de zogenaamde stinzeplanten.
1. Vraag aan je ouders een ui.
Snij die doormidden. Wat zie
je?
2. Vraag ook een aardappel en
snij die ook doormidden. Wat
is het verschil met de ui?
Welke is een bol en welke
een knol?
3. Bij dit proefje even vragen of
papa of mama helpt. Als jullie
thuis bolletjes hebben, binnen
of in de tuin, zet er dan eens
twee allebei apart in een
potje. Zet de ene pot op een
donkere plaats en de andere
op een plek waar daglicht is.
Kijk na een week eens naar
het verschil!
4. Probeer ergens een sneeuw
klokje te vinden. Hoeveel
blaadjes heeft hij? En hoe
komt hij aan zijn naam?Teken
'm na. Stuur de tekening op
naar Koert!
5. Andere namen voor sleutel
bloemen zijn primula's, of in
het Zeeuws: bakkruudjes.
Hebben jullie die in de tuin?
Vroeger werden ze meegebak-
ken in de pannenkoeken als
het feest was. Dat zal er
vrolijk uitgezien hebben! Maar
of het lekker was? Misschien
mag je binnenkort van je
ouders ook wel pannenkoeken
bakken. Bak je primula's mee,
of versier je ze anders?
Schrijf Koert eens hoe je
baksels waren!
Sneeuwklokjes
Krokussen
Aronskelk
Sleutelbloem of
'bakkruudjes'
Wat zijn nou
weer
stinzeplanten?
Vroeger
hadden veel
rijke mensen
een landgoed
met
voorjaar niet veel bloemen
bloeien, lieten de bewoners van
de landgoederen planten uit
verre landen komen; planten die
wèl vroeg bloeien. Die planten
noemen we stinzeplanten. Want
stinze is een Friese naam voor
landgoed.
En de Friezen begonnen het
eerst met het invoeren van deze
planten.
Stinzeplanten zijn bijvoorbeeld
voorjaarshelmbloem,
sterhyacint, aronskelk,
krokus en sleutelbloem. Ze
bloeien al als de bomen nog
geen bladeren hebben. Zo
krijgen ze veel licht om te
kunnen bloeien in prachtige
kleuren.
Veel stinzeplanten zijn bol-
of knolgewassen. De bollen en
knollen zitten in de grond; ze
bevatten reservevoedsel. Dat
reservevoedsel heeft de bloem
hard nodig bij het uitlopen van
de bloemknop.
Een knol is een verdikt
ondergronds gedeelte van een
stengel of een wortel, die in zijn
geheel opslagplaats voor
reservevoedsel is.
Een krokus is een bol. Een bol
heeft meerdere onderdelen. Een
bol is een ondergronds
stengeldeel die heet bolschijf
of bolbodem) waarop verdikte,
bladachtige delen (rokken of
schubben) met reservevoedsel
zijn ingeplant.
Aan de onderrand van de
bolschijf ontstaan wortels. Deze
houden de bol op z'n plaats en
nemen water op uit de grond.
een
groot landhuis. Dat
lag op een mooie
plaats, net buiten de
stad. Eromheen lag een
of vijver, een
en een
schitterende tuin of een park.
Tuinmannen werkten in die tuin,
omdat die er het hele jaar mooi
uit moest zien.
Omdat er in
ons koude
land in
het
vroege