Sprinkhanen in Zeeland
Trend*
Rode lijst
Tijdvak*
Plaats
Soort
50
50-79
80-94
Proj.i
Z-vl
N+ZB
Wal
Sch
Th
St. Ph
Struiksprinkhaan
P?
3
X
X
X
X
X
X
X
X
Boomsprinkhaan
P?
3
X
X
X
X
X
X
X
Gewoon Spitskopje
O
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Zuidelijk Spitskopje
P
1995
NB
Grote groene
P
3
X
X
X
X
X
X
X
sabelsprinkhaan
Duinsabelsprinkhaan
O
3
X
x
X
X
X
X
Greppelsprinkhaan
p
3
X
X
X
X
X
Veldkrekel
nn
2b bedreigd
X
X
X
X
X
X
Huiskrekel
O
3
X
X
X
X
X
X
Veenmol
n
c kwetsbaar
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Kassprinkhaan
X
X
X
X
X
Zeggedoorntje
O
3
X
X
X
X
Langdoornige vorm
X
Zanddoorntje
P
3
X
X
X
X
X
X
X
X
Gewoon doorntje
O
3
X
X
X
X
Kalkdoorntje
n
3
1943
Groot. eil.
Blauwvleugel
sprinkhaan
n
c kwetsbaar
X
X
X
X
X
Wekkertje
O
3
X
Yers. moer
Locomotiefje
P
2d gevoelig
X
Bruine sprinkhaan
P
3
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Ratelaar
PP
3
X
X
X
X
X
X
X
X
Snortikker
PP
3
X
X
X
X
X
X
X
Kustsprinkhaan
P
3
X
X
X
X
X
X
X
X
Langvleugelige vorm
X
X
Krasser
P
3
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Zompsprinkhaan
n
c kwetsbaar
1971
Yers. moer
Knopsprietje
O
3
X
X
X
X
X
X
X
X
Totaal
9
22
21
18
20
17
16
16
7
2
'Trend: p= positief, pp= zeer positief, n= negatief, nn= zeer negatief, o= gelijkblijvend 'Tijdvak: Pro.l Project Insect, vanaf het jaar 2000.
Wanneer de soort slechts in een jaargang, of op een plaats werd aangetroffen wordt die in de tabel genoemd. Bij de aantal totalen zijn de langdoornige en langvleugelige
vormen niet meegerekend (omdat dat geen aparte soorten zijn).
eiland in de Grevelingen. Voor de afsluiting van de
Grevelingen werd dit eiland tijdens de vloed steeds
overspoeld en we gaan ervan uit dat er destijds
geen sprinkhanen op dit eiland voorkwamen. De
kortste afstand naar het 'vasteland' is daar onge
veer één kilometer. Ook op de Hoge Platen, een
eiland in de monding van de Westerschelde, komt
een soort sprinkhaan, het spitskopje, zelfs tamelijk
algemeen voor. Dit lijkt wel erg merkwaardig,
omdat het eiland jaarlijks met de springtijen in de
herfst en winter wordt overstroomd. Het kan haast
niet anders of deze soort weet deze overstromin
gen met het zoute water goed te doorstaan.
Het warmer worden van het klimaat blijkt op de
sprinkhanen ook een effect te hebben. Nog steeds
zijn er in Zeeland geen nieuwe soorten gemeld,
maar dat lijkt een kwestie van tijd. Dwars door
Vlaanderen is een aantal soorten nu flink naar het
noorden uit aan het breiden.
De bramensprinkhaan rukt door de Scheldevallei
op; Antwerpen is inmiddels bereikt. De sikkel
sprinkhaan, tot voor kort vooral bekend uit de
Ardennen, gaat ineens wel heel hard, ze is Brussel
inmiddels gepasseerd. Het zuidelijk spitskopje en
gouden sprinkhaan schuiven door West-Vlaanderen
naar het noorden. Een prachtige soort als de gou
den sprinkhaan is nog maar slechts een tiental kilo
meters verwijderd van de Wallen van Aardenburg!
Natuurlijk zouden we deze schitterende dieren ver
welkomen. Toch moeten we de euforie over de
toename van de zuidelijke soorten een beetje tem
peren. Vaak gaat het immers om minder kritische
soorten en een paar koudere jaren zal vanzelfspre
kend weer een terugslag geven. Daarbij is de toe
name van deze soorten niet een gevolg van het
beter worden van het milieu, eerder het tegendeel.
Binnen de in Zeeland aanwezige populaties blijken
soms ook flinke verschuivingen plaats te vinden.
Soorten als de krasser, de snortikker en de ratelaar
gaan sterk vooruit. Daarbij kunnen de verschillende
soorten elkaar ook beïnvloeden: daar waar de kras
ser zich sterk uitgebreid heeft, is de kustsprinkhaan
bijna steeds weggeconcurreerd.