J lu het buiten warmer wordt, qaan de bloemen weer bloeien. Een bloem die je heel veel ziet, is de paardebloem. Hij bloeit vanaF april. Als het donker wordt oF regent, sluiten de bloemen zich. Maar hoe langer de zon schijnt, hoe langer de gele bloemen openstaan. A Door Carolien van de Kreeke-Abrahamse Adri Karman Paardebloemen hebben een sterke penwortel, een wortel die recht naar beneden groeit. Die gaat heel diep de grond in en is heel sterk. Als je een paardebloem met bijvoorbeeld een schop uitsteekt, blijft er vaak een stuk wortel zitten. Dat stuk gaat niet dood; er groeit een nieuwe plant uit! Paardebloemen zijn heel sterk: zelfs als je er over heen loopt of als ze afgemaaid worden, gaan ze bloeien. Op de plaats waar de paardebloem uit de grond komt, groeien de bladeren in de vorm van een rozet. Op plaatsen waar de plant ruimte heeft en vrij kan groeien, staan de bladeren schuin omhoog. Op plaatsen waar bijvoorbeeld mensen wei eens op de plant lopen, groeit de rozet bla deren plat op de grond. Door de vorm van de bladeren heeft de paardebloem in Engeland en Duitsland de naam 'leeuwentand' gekregen. Kijk maar naar het plaatje: vind je die naam goed gekozen? De Nederlandse naam 'paardebloem' heeft deze plant gekregen omdat hij een lekker nij is voor paarden. Maar ook varkens en konij nen zijn er dol op! Daarom wordt de plant ook wel konijnenblad of varkensbloem genoemd. Ook mensen eten bladeren van de paardebloem. Als de bladeren bij het groeien heel weinig licht krij gen, worden ze een beetje geel. Dat is een lekke re groente, die molsla heet. Het gele hoofdje aan het einde van de holle stengel lijkt één bloem. Maar als je goed kijkt, zie je dat de bloem uit een heleboel bloempjes bij elkaar bestaat. Die heten lint bloempjes. Elk lintbioempje heet een meeldraad, waar stuifmeel op zit. Bijen lusten dat stuif meel graag. Ook eten ze graag nectar. Dat zoete sapje kun je zelf proeven, als je aan een lintbloempje zuigt. In augustus gaan de bloe men dicht en ontstaat er een rond bolletje vruchtpluizen. Elk lintbloemetje is een vruchtje geworden. Als de wind er tegen blaast vliegen de vruchtjes honderden meters weg. Zo kan de bloem zich vlug en massaal verspreiden.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2003 | | pagina 18