Het Rammegors is één van de weinige regelmatig
bezette broedplaatsen van de roerdomp in Zeeland. De
soort bezet het gebied regelmatig met één of meerde
re territoria en het zeer kenmerkende geluid (een diep
'hoemp') is dan in het voorjaar, vooral in de schemering
en nacht maar ook overdag, in het gebied te horen.
Hen andere opvallende soort, welke met enige regel
maat in het Rammegors broedt, is de steltkluut. Deze
Zuid-Europese soort verplaatst zich in sommige jaren in
aanzienlijke aantallen naar Noordwest-Europa en komt
dan ook in Nederland tot broeden. Zo was 1999 uitzon
derlijk goed met 26 broedparen in Nederland waarvan
9 in het Rammegors en het Stinkgat (5 respectievelijk 4
paar). Verder vonden hier onder andere ook in 1989,
1993, 1994, 1997 en 2000 broedgevallen plaats.
Andere minder algemene soorten welke zijn vastge
steld, zijn geoorde fuut, wintertaling, krooneend,
watersnip, velduil en porseleinhoen. 's Zomers foerageren
regelmatig oeverzwaluwen in het Rammegors. Deze
soort broedde in het verleden in een kunstmatige wand
in het gebied en thans in de nabije omgeving.
Doortrekkers en wintergasten
Het Rammegors is een belangrijk rust- en foerageerge-
bied voor veel steltlopers en eenden, 's Winters verblijven
er flinke aantallen smienten, wintertalingen en pijl
staarten en regelmatig ook brilduikers en enkele non
netjes. Het gehele jaar rond zijn krakeenden, slobeenden
en kuifeenden aanwezig. De grauwe ganzen broeden
in het gebied en zijn het hele jaar door aanwezig, de
rot- en brandganzen alleen in de winterperiode.
Ook voor steltlopers is het gebied van belang, onder
andere voor overtijende vogels van de Oosterschelde.
In het najaar zijn soorten als kemphaan, zwarte ruiter,
groenpootruiter en regelmatig een poelruiter in het
Rammegors te vinden. Voor lepelaars vormt het ram
megors een vaste pleisterplaats tijdens de trekperiode,
maar ook in de zomer. In het najaar gaat het daarbij
regelmatig om groepen tot enige tientallen vogels. Het
hele jaar door zijn enkele kleine zilverreigers aanwezig,
soms in het gezelschap van een grote zilverreiger.
In het winterhalfjaar kunnen roofvogels zoals blauwe
kiekendief, havik en slechtvalk in het Rammegors wor
den waargenomen. In de trektijd foerageren regelma
tig zwarte sterns boven de grote plas.
Recent waargenomen zeldzaamheden zijn ralreiger
(mei 2001, deze vogel werd eerder ook bij het Stinkgat
gezien), roodkopklauwier (juni 2001), witvleugelstern
(mei 2002) en witoogeend (juni 2002).
Observatiepunten
Het Rammegors wordt begrensd door de Krabbenkreek
van de Oosterschelde en het Schelde-Rijnkanaal en is
deels toegankelijk en verder goed te overzien vanaf de
omliggende dijken en paden.
Het gebied is gelegen direct aan de oostkant van de
dam tussen Tholen en Sint-Philpsland. Neem de paral
lelweg van de autoweg (Krabbenkreekweg) over de
dam. Halverwege de dam (1) heeft men een uitstekend
uitzicht over het centrale deel van het gebied met
vooraan het zogenaamde 'Lage Schor'. In de uiterste
zuidwesthoek van het Rammegors start bij een klaphek
(2) een met rode paaltjes aangegeven wandelroute
door het zuidelijke deel van het gebied. Deze aantrek
kelijke route loopt door een vlierbos met soorten als
blauwborst, ransuil, fitis, grasmus en bosrietzanger.
Volgen we deze route (in natte perioden: laarzen!) dan
komen we uit in het meest zuidoostelijk deel van het
Rammegors, wederom bij een klaphek (3). Dit punt is
ook als volgt te bereiken: ga via eerder genoemde
parallelweg zuidwaarts en neem voorbij het viaduct de
eerste afslag naar links. Rij een kort stuk in tegenge
stelde richting tot de Zeedijk en ga daar rechts. Na 700
meter kan men links de dijk op. Parkeer hier bij het
witte hek bij het informatiebord van Staatsbosbeheer.
Loop vanaf hier langs de duiker naar de dijk (stenen
trapje) langs het Schelde-Rijnkanaal en volg deze
noordwaarts bovenlangs. We passeren daarbij een
vogelkijkhut (4) welke uitzicht biedt over een deel van
de grote plas.
Ook vanaf de dijk (5) heeft men een uitstekend uitzicht
over de grote plas en oeverranden.