Wolzwevers in Zeeland
Door Lucien Calle
Begin april. Met een klein groepje insectenliefhebbers struinen we langs allerlei bloeiende wilgen in het
grensgebied van Clinge. We zijn op zoek naar vroeg in het voorjaar vliegende insecten, die profiteren van
het rijke aanbod van nectar en stuifmeel op die wilgen. Ineens is daar een vliegachtig diertje, dat als een
kolibrie voor de bloemetjes blijft zweven.
Het ziet er grappig behaard uit en heeft een reusachtig
lange tong. Die tong kan ze ogenschijnlijk niet intrekken
en dat doet nog meer denken aan een kolibrie. Het beest
blijkt razend snel te kunnen vliegen, want ze weet het
insectennetje steeds te ontwijken. Het blijkt een wolzwe
ver te zijn, inderdaad een soort vlieg van het geslacht
Bombylius. De naam wolzwever is treffend. Wollig behaard
en zwevend als een zweefvlieg. Op basis van de vlieg-
periode en algemeenheid kunnen we haast met zekerheid
stellen dat het Bombylius major geweest moet zijn.
Bloedheet
Half augustus. Opnieuw zijn we met een hele ploeg
insectenonderzoekers op pad. We sjokken door de dui
nen van Schouwen. Sjokken, want het is bloedheet. Je
zou je voeten aan het hete duinzand branden. Zou de
temperatuur van het zand zeventig graden kunnen
zijn? De vegetatie is dor en alleen de korstmossen lijken
de schroeiende zon hier goed te doorstaan. De mooie
paraboolvormige duinen doen woestijnachtig aan.
Kunnen hier nog wel insecten leven? Ineens
fladdert een zwart vliegje voor me uit. Steeds
gaat het even op de grond zitten. Dan weer die
dansende vlucht. Na een flinke spurt heb ik
het te pakken. Wauw, een wolzwever met
zwarte vleugels! Het blijkt Thyridanthrax afer te zijn,
i nog maar één maal eerder in Zeeland vastgesteld. Ook
i van een aantal van de andere soorten uit deze merk-
waardige vliegengroep is bekend dat ze van heet duin
zand houden. En wanneer we nog wat door zoeken, vin
den we nog een andere soort, Villa circumdata, die door
zichtige vleugels heeft.
Bombardement
Wolzwevers hebben een opvallende levenswijze. Het
zijn parasieten van onder andere graafbijen, die hun
nestholletjes in het zand hebben. Ze vliegen boven de
holletjes en bombarderen die nestjes met hun eieren.
De larf van de wolzwever kruipt naar binnen en vreet
de larve van de bij op. Dan verpopt hij zich en wurmt
zich als pop weer boven de grond. Pas daarna sluipt de
volwassen wolzwever uit zijn pop.
De verschillende wolzwevers parasiteren op verschillen
de groepen: rupsen, vliegen, vliesvleugeligen of sprink
hanen. De tabel geeft een overzicht van de verschillen
de soorten gastheren van de Zeeuwse soorten. De larve
van de ook in Zeeland aangetroffen Hemipenthes morio
leeft in een parasietvlieg. Ze parasiteren dus op een
soort, die zelf ook parasiteert. Daarom worden ze
hyperparasieten genoemd.
Van de 18 Nederlandse soorten zijn er 8 soorten met
zekerheid in Zeeland vastgesteld. Ze zijn allen zeer zeld
zaam. In onderstaande tabel wordt een overzicht van de
Zeeuwse waarnemingen gegeven.
Dhr. L. Calle Is medewerker bij Project Insect.
Luguber
Een andere in Zeeland zeldzame soort heeft een wel
een heel lugubere naam: Anthrax anthrax.
Je denkt dan natuurlijk tegelijk aan biolo
gische oorlogvoering. Hier word je even
op het verkeerde
been gezet, want
anthrax betekent
zwart en
slaat
hier op
het zwarte
uiterlijk van het kleine vlieg
je. Voor de arme larfjes van
de bijen waarop Anthrax
parasiteert is het allemaal lood om
oud ijzer. Zij worden evengoed meedogenloos door
deze wolzwever verslonden.