8 Tureluur Net als alle andere weidevogels houdt de tureluur van vochtige omstandigheden. Bij het zoeken naar voedsel in de bodem zitten de prooien ondieper en boven dien is de vochtige bodem veel beter doordringbaar voor de lange snavel. Toch kleeft er aan de peilverhoging ook een mogelijk nadeel voor de tureluur: de slo ten zullen mogelijk iets zoeter worden en juist brakke sloten vormen het favorie te voedselgebied van de tureluur, (foto Niels de Schipper) Het Waterschap Zeeuwse Eilanden heeft een inrich tingsplan opgesteld dat het mogelijk moet maken het slootpeil in het natuurgebied te verhogen tot 1,50 dan wel 1,70 m -NAP, én waarbij bij extreme regen de ter plekke gevallen neerslag vastgehouden kan worden tot een peil van 1,30 m -NAP. Daartoe worden plaatselijk langs de buitenzijde de laagtes tot enkele decimeters opgehoogd, zodat er een gebied ontstaat dat water kan vasthouden. Vanzelfsprekend wateren alle sloten af naar één punt waar een verstelbare stuw staat. Belangen De belangen van de verschillende partijen zijn groot en de wensen soms flink verschillend. Er is daarom door het Waterschap Zeeuwse Eilanden besloten tot het instellen van een proefproject voor drie jaar. Er is een begeleidingscommissie ingesteld, die onder leiding van het Waterschap de voortgang en bevindingen bespreekt. De deelnemende partijen (Provincie Zeeland, Ganzenwerkgroep Yerseke- en Kapelse Moer, ZTLO, Waterschap en Het Zeeuwse Landschap) volgen de ont wikkelingen, adviseren tussentijds en zullen na afloop van de drie jaar een advies formuleren voor het dan te nemen Peilbesluit. Hoewel de peilverhoging alleen op de percelen van Stichting Het Zeeuwse Landschap gebeurt, moet er voorkomen worden dat er effecten van de peilverho ging buiten het natuurgebied optreden. De onder grond in het gebied is zeker niet helemaal 'waterdicht', waardoor er mogelijk buiten het peilverhogingsgebied in de landbouwgronden toch veranderingen in de waterhuishouding kunnen optreden. Er worden daar om volop metingen verricht om de situatie vóór en na inrichting te kunnen vergelijken. Niet alleen voor de landbouw, maar ook voor de natuur zijn de belangen groot. De Yerseke Moer wordt gekenmerkt door een brak tot zilt karakter, wat het gevolg is van zoute kwel en de aanwezigheid van zout veen op geringe diepte onder het maaiveld. Door de verschillen in bodem en reliëf vertoont de vegetatie van het gebied een grote variatie van waardevolle zoute en zoetvochtige vegetaties tot waardevolle droogteminnende vegetaties. Er zijn ook momenteel delen met minder waardevolle vegetaties, die bij een hoger peil stukken interessanter zouden worden. De Yerseke Moer is voor vogels met name belangrijk als broedgebied. Veel weidevogelsoorten komen er dankzij het mozaïek van kortere en langere grasvegetaties, ingesloten laagtes en plas-dras-situaties succesvol tot broeden. Het gebied is als broedgebied belangrijk voor grutto, kievit en tureluur. Voorts komen er onder meer plevieren, kluten en diverse eendensoorten als broed- vogels voor. Als overwinteringsgebied voor ganzen scoort het gebied traditioneel bijzonder goed. Juist de ganzenop- vangfunctie heeft bij de planvorming bijzondere aan-

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2003 | | pagina 8