Boomkikkers
hebben een perfecte
schutkleur. Hier op
de koebraam.
(Chiel Jacobusse)
die zullen binnen niet al te lang de nieuwe mogelijkhe
den benutten.
Boomkikkers en vogels
Tot zover de flora. De enorme extra variatie die zou ont
staan als er in het gebied zoute kwel doordringt, moet
maar onbesproken blijven, want dat wordt al te specula
tief. Maar dat er nog veel botanische verrassingen zullen
volgen, staat nu al vast. Maar ook voor de fauna heeft
het gebied veel te bieden. Om maar met het meest
streekeigen element te beginnen: het moerassige gebied
wordt naar alle waarschijnlijkheid een eldorado voor
boomkikkers. De populatie van Retranchement is maar
een steenworp afstand verwijderd van de zuidkant van
dit grote nieuwe moerasgebied, en wat meer is, aan de
noordkant is de populatie van het Zwin en de
Kievittepolder niet al te ver verwijderd. De nieuwe
natuur in de Willem Leopoldpolder kan een geweldig
belangrijke stapsteen worden die de beide boomkikker
populaties met elkaar verbindt. Naar verwachting zal de
kale zandbodem de eerste jaren de nodige pioniervogels
aantrekken. Kluten en plevieren, visdiefjes misschien, zijn
rasechte pioniers die komen en gaan. Ze verdwijnen
zodra er een aaneengesloten vegetatie gevestigd is,
maar naast de al verschenen kievit en scholekster zullen
dan andere weidevogels als de tureluur en wellicht de
grutto de fakkel overnemen. Hoe het notoire boeren-
S teenuil.
(Chiel Jacobusse)
landvogels als veldleeuwerik en patrijs zal vergaan blijft
vooralsnog koffiedik kijken, maar je hoeft geen helder
ziende te zijn om te voorspellen dat de bescheiden stru-
weelgroei op zijn minst plaats gaat bieden aan zanger
tjes als de grasmus, de fitis en de kneu.
Helemaal in de lijn van de tijdgeest is het nieuwe
natuurgebied goed ontsloten. Er loopt een prachtige
wandelroute door en het pad tussen het natuurgebied
en het uitwateringskanaal van Cadzand voert van de
historische Wallen van Retranchement via ons nieuwe
gebied rechtstreeks naar het Zwin. Dat biedt de moge
lijkheid voor een veelzijdige wandeling met onderweg
een ongekend rijk palet aan natuurwaarden.
Op pad
We starten bij de kiosk op de Markt in Retranchement.
Het dorpsplein met zijn oude kastanjes heeft genoeg
couleur locale om je meteen een soort vakantiegevoel te
bezorgen. Op een infobord van de ANWB wordt de
boeiende ontstaansgeschiedenis van Retranchement aan
schouwelijk gemaakt. Het dorp verrees aan het begin
van de zeventiende eeuw, toen de bewoning in het van
origine militaire kampement een permanent karakter
kreeg. Een mijlpaal was de bouw van het fraaie kerkje in
1604. Het wordt beschouwd als het officiële ontstaans-
moment van het dorp en dit jaar viert Retranchement
dus haar 400-jarig bestaan. Lopend in oostelijke richting
komt de wandelaar via de fraaie stellingmolen uit bij het
wallenpad en hier gaan we rechtsom de wallen op. Al
snel zie je aan de rechterkant een drinkput van enkele
tientallen meters lang. "De Boo z'n put" ofwel de put
die ooit eigendom was van meneer De Boo. Niet een
soort "put der bozen" zoals je als buitenstaander meent
te verstaan. Maar Boo of boos, de put is een uitnemende
plek voor boomkikkers. Op kleine afstand van de put
staan een paar heggen waarin de koebraam een flink
aandeel heeft. Het is voor de boomkikkers uit de put een
favoriete plek om te zonnen en op insecten te jagen.
De meidoornhagen en knotbomen die het hele wallen-
complex door te vinden zijn, zijn rijk aan vogels.
Groenlingen, pimpelmezen, zwartkopjes, je komt ze alle
maal om de haverklap tegen. En let vooral goed op de
koppen van de knotbomen. Dat is het domein van het
steenuiltje, de lilliputter onder onze inheemse uilen. Niet