:r
ik"v
8
De firma Elenbaas
uit Nieuw- en
St. Joosland handelt
in zeegroenten.
(Hans Elenbaas)
eigen product' niet aan de orde. Tegenwoordig wel. Als
luxe consument zijn we daarvoor in, terwijl daarnaast
de landbouw broodnodig op zoek is naar nieuwe mark
ten. Vlees van dieren die geweid zijn in zoute natuur
gebieden zou toch een bijzonder Zeeuws handelspro
duct moeten kunnen zijn
Enkele jaren geleden zijn al wat pogingen in die rich
ting ondernomen, met prés salés-vlees (vlees afkomstig
van zoutweiden) uit Saeftinghe. Het probleem is echter
de opzet van de vermarkting van het vlees en het reali
seren van een 'productiestroom' van enige omvang.
Misschien dat een voor heel Zeeland gecoördineerde
opzet van het verhandelen van vlees van dieren die
geweid zijn in (zoute) natuurgebieden meer mogelijk
heden biedt. Het zou een mooi 'Vitaal Platteland'-pro-
ject kunnen vormen.
Landbouw op zoute grond
Verzilting van landbouwgronden is wereldwijd een toe
nemend probleem. In de kustzone van Nederland,
ongeveer een derde deel van ons land, is ondergronds
de zee nog steeds aanwezig. Zonder aanvoer van zoet
water krijgt brak water de overhand. Nu al is er in
droge zomers te weinig zoet water in West-Nederland
aanwezig voor steeds intensiever wordende teelten. De
verwachtingen zijn: drogere zomers, doorgaande
bodemdaling en zeespiegelrijzing. Oftewel, de invloed
van brak water zal toenemen en de beschikbaarheid
van zoet water neemt af.
In toekomstgerichte studies wordt dan ook geconclu
deerd dat nu al voorbereid moet worden op landbouw
gebaseerd op planten die goed gedijen in zout water.
Een mogelijkheid daarvoor is het ontwikkelen van zout-
resistente landbouwgewassen. In de Verenigde Staten
doet men dat ai door middel van genetische manipula
tie. Een andere, in Europa minder omstreden techniek,
is het gericht veredelen van schorplanten en landbouw
gewassen die al enigszins zouttolerant zijn. Suikerbiet
-.0
A
v A m ,f
ft*
Zeealsem. (Adri Karman)
bijvoorbeeld, verwant aan de zouttolerante strandbiet,
was een van de eerste gewassen die in Zeeland weer
groeide in de in 1953 ondergelopen polders. Ook primi
tieve tarwesoorten als spelt en emmer, die men hier in
vroegere eeuwen teelde, zijn enigszins zouttolerant.
De toekomststudies pleiten tevens voor een vervlech
ting van zoute landbouw, nieuwe natuur, kustverdedi
ging, recreatie en mogelijk aqua-/schelpdiercultuur.
Leven met, en van de zoute randen van Zeeland, zoals
dat in voorgaande eeuwen plaatsvond, lijkt zo opnieuw
vorm te krijgen.
Dr. G.J.C. Buth is hoofd grondzaken en projecten van
Stichting Het Zeeuwse Landschap.