f J Een veelzeggend vegetatie- onderzoek in Saeftinghe S2j 12 Door Chiel Jacobusse In april is samen het twintig gidsen van Stichting Het Zeeuwse Landschap een onderzoek uitgevoerd naar het effect van begrazing op de vegetatie van het schor in Saeftinghe. Hoewel het onderzoek een voudig van opzet is geweest, blijkt uit de getoonde onderzoeksresultaten overduidelijk het positieve effect van begrazing op de soortenrijkdom van een gebied. Maar dat betekent nog niet dat daarom heel Saeftinghe begraasd dient te worden. Op vier verschillende locaties in het schor is het onder zoek gedaan. Op iedere locatie werd het onderzoek over vier proefvlakken van vijf bij vijf meter verricht. Honderd vierkante meter per locatie is zo geïnventari seerd. De resultaten van twee van deze locaties worden hier besproken. Emmadorp De eerste onderzoekslocatie was direct ten oosten van Emmadorp, op zo'n dertig meter uit de teen van de zee dijk. Onbegraasd schor met een wat eenvormige begroeiing. Dat onbegraasde hoge schorren niet rijk aan soorten zijn, bleek al snel. In de vier proefvlakken samen werden slechts vijf plantensoorten gevonden. Gemiddeld zijn er minder dan vier soorten per proefvlak aangetroffen. De twee soorten die kenmerkend zijn voor de hoogst opgewassen delen van het onbegraasde schor zaten in allevier de vakken: strandkweek en spies- melde. Toch een opvallend verschil, want strandkweek bleek te vinden in 98 van de 100 vierkante meters, ter wijl spiesmelde in minder dan de helft van de metervak ken te vinden was (41 - zie tabel 1, totaalkolom). Strandkweek gedijt overal, maar spiesmelde heeft een voorkeur voor een voedselrijke standplaats waar bij voorbeeld rottende aangespoelde plantenresten of wie ren liggen. De voedingsstoffen die daarbij vrijkomen spelen de spiesmelde in de kaart. Twee grassen van het middelhoge schor bleken slechts zeer mondjesmaat aan wezig, namelijk rood zwenkgras en gewoon kwelder gras. De soorten lijken in jong stadium op elkaar, maar er zijn een paar belangrijke verschillen. Rood zwenkgras is helder donkergroen en kweldergras bleek blauw groen. Het jonge blad van kweldergras is gootvormig en dat van rood zwenkgras heeft een vouw overlangs in het midden.Tot slot stonden er enkele plantjes van de zulte of zeeaster. Ze groeiden langs de oevers van een klein kreekje dat door twee van de proefvlakken slin gerde. De gasdam De volgende onderzoekslocatie was nabij de gasdam. Ergens ter hoogte van de eerste heuvel werden vier vak 1 vak 2 vak 3 vak 4 Totaal Strandkweek 24 25 25 24 98 Spiesmelde 4 7 20 10 41 Rood zwenkgras 2 3 1 6 Gewoon kweldergras 3 1 4 Zulte 3 1 4 Totaal aantal soorten Nf 3 3 5 4 5 Figuur 1: Het voorkomen van planten in vier verschillende proefvlakken op onbegraasd schor bij Emmadorp. De getallen geven aan in hoeveel vierkante metervakken van de 25 m2 van een onderzoeks- vak een bepaalde plant voorkomt. Tevens is weergegeven het totaal aantal vierkante meters per soort op de locatie bij Emmadorp en het totaal aantal soorten per onderzoeksvak.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2004 | | pagina 12