Kamervlieg (Musea
domestica)
bijttafel. Verre van fris dus. Buiten legt deze bromvlieg
de eieren bij voorkeur op dode muizen, dode vogels en
ook wel op grote zoogdieren. De larven doen zich
tegoed aan de kadavers. Deze bromvlieg, een grote
vlieg met prachtig blauw achterlijf, is voor de natuur
dus zeer nuttig als opruimer.
Ook van stekende vliegen kunnen mens en dier veel
last hebben. Denk aan de dazen die ons in de zomer
maanden behoorlijk kunnen steken. De steken zijn pijn
lijk, maar verder ongevaarlijk. Ook de vrouwtjes van de
steekvlieg Stomoxys calcitrans kunnen lastig zijn en ons
verblijf in de natuur danig verstoren. Al die stekende
vrouwtjes hebben bloed nodig om na de paring de
eieren in het achterlijf te laten rijpen.
En dan is er nog een andere kwelgeest voor de
mens, namelijk de mug. Dit insect kan onze
nachtrust danig verstoren. Er zijn in ons land
zo'n vierhonderd soorten muggen. Slechts drie
soorten hebben stekende vrouwtjes en zuigen bloed.
Overal bij huizen zijn ze te verwachten, want de larven
leven in stilstaand water. Dus in tuinvijvers, in een
regenton, in poeltjes, maar ook in dakgoten. De drie
soorten steekmuggen die in Nederland voorkomen, zijn
ook in staat malaria over te brengen. De beruchte
"Zeeuwse koortsen" waaraan bijvoorbeeld de soldaten
in de tachtigjarige oorlog bezweken, betroffen in feite
een inheemse vorm van malaria. Maar malaria is in ons
land inmiddels wel uitgestorven.
Te wapen!
Geen wonder dat de mens zich al heel lang bezig
houdt met de bestrijding van vliegen en muggen bin
nenshuis. Zo is het een zeer oud gebruik om de hoed
van de vliegenzwam(l) te weken in een schoteltje melk
dat open en bloot in het woonverblijf werd geplaatst.
De gifstoffen die uit de paddestoel in de melk trokken,
zorgden ervoor dat vliegen die op de melk afkwamen,
doodgingen.
Over de bestrijdingsmiddelen van vooral vliegen schrijft
dokter Snijders het volgende: "Aanbeveling verdient
een afkooksel van fijngestoten kwassiehout, vermengd
met een weinig suiker, dat men op een vlak bord giet
en op een geschikte plaats neer
zet; dit middel is ongevaarlijk
voor den mensch, terwijl vlie
gen, die ervan snoepen, spoedig
gedood worden.
Anderen bevelen aan:
versche melk op een plat
bord gieten en met een
theelepeltje formaline ver
mengen. Ook kan men in de kamer en
tegen vensterruiten insectenpoeder rondstrooien of het
vertrek uitroken door carbolzuur op gloeiende kolen te
vervluchtigen. Door deze dampen worden de vliegen
echter niet gedood, doch slechts bedwelmd; zij vallen
neer en moeten daarna zorgvuldig opgeveegd en ver
brand worden; ook met alle dode vliegen moet dit
geschieden".
Dit is slechts een klein aantal voorbeelden die genoemd
worden voor de bestrijding van viiegen. De nood door
vliegenoverlast moet in die jaren wel erg groot
geweest zijn om tot dergelijke maatregelen over te
gaan.
Boorvlieg (Tephritidae)
Stalvlieg (Stomoxys calcitrans)
1. Narcisvlieg
(Merodon equestris)
2. Gewone
Goudoogdaas
(Chrysops retictus)