overstromings grasland en
bloemrijk grasland, vochtig
bloemrijk grasland, vochtig
tot droog
sloot/greppel
drinkpoel
Ontwerp: Werkgroep Natuurontwikkeling
Kaartje van de St. Laurense weihoek met het
inrichtingsplan. (Werkgroep Natuurontwikkeling;
Nanda van den Berg)
verkaveling en vaak hollebollige percelen, vanwege de
veenwinning (moernering) in de Middeleeuwen. Er was
een intensief netwerk van sloten en greppels aanwezig.
Tot 1930, toen het gemaal Boreel bij Middelburg in
werking kwam, stond dit gebied 's winters vaak lang
durig onder water. Echter, ook daarna, tot eind jaren
veertig, bleef dit gebied een echt moerassig poelge-
bied, vergelijkbaar met de huidige Yerseke Moer, dat
alleen geschikt was voor veeteelt. Tijdens de eerste
Walcherse ruilverkaveling werd het waterbeheer verbe
terd en vonden er ingrijpende egalisatiewerken plaats.
Hierdoor kon de St.Laurense weihoek veel rationeler
ingericht worden, met grote, rechte percelen. Toch
bleef dit gebied nog lang grotendeels een graslandge
bied. Pas de afgelopen vijftien jaar zijn hier meerdere
graslandpercelen omgeploegd, geëgaliseerd en omge
vormd tot bouwland.
Voor 1950 zal hier de rijkdom aan broedende weidevo
gels, zoals kievit, grutto, tureluur, scholekster en berg
eend, en 's winters aan ganzen, eenden en kleine
zwanen, enorm geweest zijn. Evenals de variatie aan
grasland- en moerasvegetaties, vanwege de vele sloot
jes en greppels, de overgangssituaties tussen lage,
natte en hogere, drogere gedeelten, en het toenmalige
extensieve landbouwkundig gebruik van het gebied.
In 2002 is door de Werkgroep Natuurontwikkeling van
de Provincie een inrichtingsplan voor dit nieuwe
natuurgebied uitgewerkt. Het uitgangspunt van dit
plan is om het landschapsbeeld van rond 1940 weer
enigszins terug te krijgen. In het ingerichte gebied zijn
plaatselijk laagten gecreëerd middels oppervlakkige
afgravingen, en is er weer een netwerk van ondiepe
slootjes en greppels uitgegraven. Een aantal grote slo
ten zijn afgedamd, om zo de landbouwkundige gerich
te afwatering van het gebied natuurvriendelijk aan te
passen. Het graslandgebied zal begraasd gaan worden
door vee van boeren uit de streek. De verwachting is
dat de variatie aan plantensoorten en de vogelrijkdom
hier weer snel zal toenemen. In het voorjaar zal het
hier weer druk zijn met in de lucht buitelende kieviten
en alarmerende grutto's. U kunt ze dan horen en zien
als u over het fietspad dwars door het gebied fietst of
wandelt.
De St.Laurense weihoek is van oudsher een karakteris
tiek open poelgebied, dat weidse vergezichten biedt.
Daarom zullen er hier geen heggen of bomen geplant
worden. Er is ook een andere reden waarom Het
Zeeuwse Landschap hier geen bomen wenst. De erva
ring heeft namelijk geleerd dat hoge bomen fungeren
als uitkijkposten van waaruit kraaien, eksters, sperwers
of buizerden prederen op de eieren en kuikens van
weidevogels. Reeds een beperkt aantal bomen zouden
zo een sterke negatieve factor kunnen vormen voor de
weidebroedvogelstand van een gebied als de
St.Laurense weihoek.
Beekshoekpolder
Een gebied met een geheel andere ontstaansgeschiede
nis, bodemopbouw en natuurontwikkelingskansen,
vormt de Beekshoekpolder, grenzend aan het duinge
bied Oranjezon. Dit poldertje, van circa 24 hectare, dat
straks grotendeels natuurgebied wordt, behoort tot de
serie van kleine Nieuwlandpolders bij Vrouwenpolder.
De Beekshoekpolder was oorspronkelijk onderdeel van
een vlak, zandig schorgebied aan de noordzijde van
Walcheren dat eind dertiende - begin veertiende eeuw
bij stukje en beetje ingepolderd is. Naderhand hebben
zich voor deze poldertjes de duinen van Oranjezon ver
der naar het oosten uitgebreid.
De bodem van de Beekshoekpolder is licht kleiig en vrij
uniform van opbouw. In tegenstelling tot de poelgebie-
den is hier geen veen en ook geen brak grondwater
aanwezig. Afgelopen winter is reeds een klein gedeelte
van dit gebied ingericht. Toen werd bij het afschrapen
van de bovenlaag van de grond plaatselijk de schorhis
torie weer duidelijk. Zo werd het patroon van slinge
rende schorkreekjes in de donkerbruine kleibodem
zichtbaar, omdat die kreekjes toentertijd volgestoven
zijn met wit duinzand.
Dit jaar wordt de rest van het gebied ingericht, volgens
een inrichtingsplan opgesteld door de Werkgroep
Natuurontwikkeling. Dit plan gaat voor het grootste
deel van het gebied uit van het landschapsbeeld zoals
dat vlak na de inpoldering geweest zal zijn: een zandig
schorgebied met enkele lage duintjes en enkele ondie
pe kreken, welke 's winters langdurig blank stonden.
Zo'n landschapsbeeld, en de aanvoer van veel zoet
grondwater vanuit de duinen, betekent dat er straks
goede ontwikkelingskansen voor soortenrijke grasland
en moerasvegetaties ontstaan, die vergelijkbaar zullen
zijn met die van de Zoete-haard op Schouwen, of de
De St.Laurense wei
hoek, een wijds en
open poelgebied
nabij Middelburg.
(Gert-Jan Buth)