in dit nummer
Uit het landschap
Door Marten Hemminga
.a:n
De ontwikkeling van een getemde zeearm p. 3
Zandhonger, klimaatverandering,
een hoog zoutgehalte en de komst van exoten
raken de Oosterschelde in al haar facetten.
Is het tij nog te keren?
Broedvogels in vier grote reservaten p. 7
Min of meer toevallig werden vier grote terreinen van
de Stichting tegelijk geïnventariseerd op
broedvogels. Een vergelijking van de resultaten is
behoorlijk spectaculair!
Heggen weer terug in het p. 10
Walcherse landschap
Voor 1944 zorgden heggen, drinkpoelen en gerief-
houtbosjes voor een heel karakteristiek Walchers land
schap. Het plan 'D'Aegen: Walcheren weer de Tuin
van Zeeland' wil deze elementen op een eigentijdse
manier terugbrengen in het Walcherse landschap.
Zweefvliegen leven in iedere tuin
Zweefvliegen zijn talrijk, kleurrijk en komen
in allerlei milieus voor. Met behulp van
de bijgeleverde zoekkaart kan de lezer op
safari in eigen tuin.
p. 13
p. 16
Natuur in de maak in
West-Zeeuws-Vlaanderen
Op dit moment worden er in West-Zeeuws-
Vlaanderen drie grote natuurontwikkelingsprojecten
uitgevoerd voor Het Zeeuwse Landschap:
De Herdijkte Zwarte Polder, Versche Polder en
Zwartegatse Kreek.
Koert
Wel eens een brandnetel geproefd?
Kan dat dan, zul je zeggen? Zo'n akelige
prikker? Lees maar snel!
Landschap in 't kort
p. 18
PP ZEEUWS VS Agenda
iPflyLANDSCHAP MS
p. 20
p. 22
Foto voorzijde: slikken: intergetijdengebieden
kenmerkend voor de Scheldes. Jan Karkdijk)
Ruimte voor nieuwe estuariene natuur
In de afgelopen weken zijn de maatregelen die voor
zien zijn in het kader van de Ontwikkelingsschets voor
het Schelde-estuarium uitgebreid in diverse bijeenkom
sten besproken. Het gaat om belangrijke: zaken voor
Zeeland. Dat besefte minister Veerman ook en daarom
kwam hij zelf, in de week dat ik dit stukje schrijf, naar
Terneuzen om een toelichting te geven en om vragen
te beantwoorden. Zoals verwacht, was in alle bijeen
komsten de omzetting van landbouwgrond in estua
riene natuur een punt van discussie, Het kabinetsstand
punt is dat er minimaal 600 hectare estuariene natuur
iangs de Westerscheide bij moet komen.
Bezien vanuit het natuur belang doemen er hierbij
meerdere gevaren op. Ten eerste het gevaar dat dit
aantal hectares onder druk van tegenstanders van
ontpoldering naar beneden wordt bijgesteld. Dat hoop
ik niet. Ik ben van mening dat die 600 hectare extra
ruimte voor het estuarium eigenlijk al het minimum is
voor een bijdrage die er toe doet: als het gaat om het
stoppen van de neerwaartse trend in natuurkwaliteit
van de Westerscheide. Een andere bedreiging is een
invulling die misschien wel handig past in de ontwik
kelingsplannen van de diverse gemeenten, maar die
als bijdrage aan de estuariene natuur tekortschiet.
Om het oven extreem neer te zetten: een gebied dat
wordt ontpolderd en dat vervolgens wordt ingericht als
jachthaven levert geen bijdrage aan de natuurlijkheid
van de Westerscheide. Dat neemt niet weg dat er prima
combinaties denkbaar zijn met regionale toeristische
ontwikkelingen, zoutwaterlandbouw, en al helemaal
met het vergroten van de veiligheid tegen over
stromingen zoals ik in het vorige tijdschriftnummer heb
uiteengezet. Win-win situaties zijn absoluut mogelijk,
en het is prima en verstandig dat gedeputeerde Thijs
Kramer bij het nemen van de regie voor het realiseren
van natuurontwikkelingsprojecten langs de oevers van
de Westerscheide daarop inzet. Maar het zal niet
eenvoudig zijn iedereen tevreden te stellen.
Ik hoop da? de provinciaie en gemeentelijke bestuur
ders voldoende beseffen dat de Westerscheide een
natuurlijk erfgoed is dat we in goede conditie
duurzaam moeten behouden. Daarom zijn vergaande
concessies, zowel wat de omvang van de nieuwe estu
ariene natuur betreft, als ten aanzien van de invulling
van die natuur, uit den boze.
Dr. M.A. Hemminga is directeur van Stichting Het
Zeeuwse Landschap.