van onze suikerbiet. In sommige jaren zijn er in het Zwin honderden exemplaren te vinden, maar er zijn ook jaren dat de strandbiet nagenoeg ontbreekt. De Oosterscheldekust van Noord-Beveland Een ander gebied, waar de vloedmer ken nog rijker zijn dan in het Zwin. is de noordkust van Noord-Beveland. Vooral ter hoogte van de inlaag Keihoogte zijn soortenrijke vloed merkbegroeiingen te vinden. Behalve de al genoemde soorten treffen we er ook de fraai gekleurde zeelathyrus en de zeldzame zeewolfsmelk aan. Op iets hoger niveau, net buiten het bereik van de getijden, groeien fraaie planten als de blauwe zeedistel, de zeewinde en de zeepostelein. Al met al hebben vloedmerken de plantenliefhebber bijzonder veel te bieden. En dan hebben we de vele paddestoelen die in dit milieu voorkomen nog buiten beschouwing gelaten. strand geblazen wordt. Ondertussen verliest de plant de resterende stukjes zaaddoos en de laatste zaden. Het kan van jaar tot jaar sterk varië ren hoe de vloedmerkbegroeiing zich ontwikkelt. Dat is onder meer afhan kelijk van de hoeveelheid organisch materiaal die tijdens het stormsei zoen wordt afgezet, maar ook van de regenval tijdens de kiemingsperiode. Een soort die sterk in aantal kan fluc tueren is de strandbiet, de stamvader Minder opvallend, maar niet minder bijzonder, zijn twee meidesoorten die op overstoven vloedmerk groeien: de kustmelde en de gelobde melde. Vooral de laatstgenoemde met zijn rode stengels en bijna witte blaadjes is bijzonder om te zien. Maar niet alleen al die zeldzaamhe den zijn geschikt voor een nadere kennismaking. Ook een algemene plant als de zeeraket, met zijn lichtlila bloemen, is de moeite waard. De plant is overal langs de kust te vin den en dat is niet in de laatste plaats te danken aan zijn efficiënte manier om zich te verspreiden. De zaad doosjes hebben de vorm van kleine kanootjes en als ze afvallen, worden ze met de zeestromen meegevoerd naar nieuwe groeiplaatsen. Ongeveer een derde deel van het zaaddoosje blijft echter aan de plant vastzitten tot laat in het najaar. De inmiddels bolvormige, verhoute plant, die met slechts één stengel vastzit aan een tamelijk kleine wortel, raakt dan door de herfststormen ontworteld, en wordt een speelbal van de elementen. Zo ontstaat een 'steppenroller', een plant of kluwen van in elkaar geklitte planten die door de wind over het Strandbiet Chiel Jacobusse Dhr. M. Jacobusse is hoofd externe betrekkingen van Stichting Het Zeeuwse Landschap. Zwinvloedmerk met helm Chiel Jacobusse ZeeuwsLandschap 11

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2005 | | pagina 11