Windmolenpark Oosterscheldekering Momenteel vinden de vergunnings procedures plaats voor de realisering van een windmolenpark, bestaande uit 26 mega-windmolens, met een tiphoogte van circa 120 meter, op en bij de Oosterscheldekering. Er zijn zeven molens gepland op Noord- Beveland bij de Jacobahaven, twaalf molens op Neeltje Jans, en vier op eiland Roggenplaat. De omge ving van de Oosterscheldekering is erg vogelrijk, hetgeen één van de redenen vormt dat hier de Natuurbeschermingswet en de Habitat- en/ofVogelrichtlijn van kracht zijn. De geplande windmo lens vallen binnen de grenzen van drie gemeenten. Gedeputeerde Staten van Zeeland heeft deze gemeenten laten weten dat zij alle molens te samen als één samenhangend windmolenpark beschouwen, en dat zij daarvoor de procedures voor de natuur- en milieuvergunningen zal uitvoeren. Gezien de grote vogelbelangen heeft Het Zeeuwse Landschap begin dit jaar de Provincie verzocht om een uitgebreid vooronderzoek uit te voe ren, in de vorm van een milieu-effec tenrapportage. Dit om na te gaan of dergelijke grote molens hier zonder negatieve gevolgen voor vogels kun nen staan, wat de minst kwalijke locaties zullen zijn, en of er in dit verband nog speciale voorwaarden gesteld dienen te worden, zoals bijvoorbeeld betreffende de molen hoogte of het periodiek uitschakelen van molens. Een zeer belangrijke vogelfunctie van deze omgeving is de gestuwde vogeltrek. De Oosterscheldekering fungeert als een strakke leidraad voor gestuwde vogeltrek langs de Nederlandse kust. In het voor- en najaar steken hier in een smalle baan gedurende weken duizenden vogels zowel overdag's als 's nachts de Oosterschelde over. Afhankelijk van de weersomstandigheden vliegen ze dan hoog of laag. Andere belangrijke vogel fenomenen zijn onder andere de bijzondere kust- vogels, zoals plevieren, visdieven. dwergstems en eidereenden, die jaarlijks op Neeltje Jans broeden, de getijdentrek rond Neeltje Jans, Roggenplaat en de kust van Noord- Beveland, en zeldzame soorten die overwinteren in het rustige duin gebied van Neeltje Jans, zoals de velduil. De nieuwe windmolens zijn welis waar in aparte groepjes gepland. Maar. doordat ze allemaal in lijn met de Oosterscheldekering staan, zou er wat betreft verstorende werking voor de vogels sprake kunnen zijn van een cumulatief effect. Bijvoorbeeld 'wol ken' trekkende vogels die 's nachts uitwijken voor het ene groepje molens zouden zo in de slagruimte van het volgende groepje molens kunnen vliegen. Of, broedvogels die door schaduwwerking van draaiende wieken, of door grond-trillingen, verjaagd worden, zouden ook op een andere geschikte broedlocatie de verstorende werking van een molen kunnen treffen., waardoor de gehele omgeving als broedgebied onge schikt wordt. Om een goed beeld te krijgen van de mogelijke risico's van een dergelijk windmolenpark zou het onderzoek wat betreft trekvogels dienen te bestaan uit het volgen van vogeltrek, dag en nacht en onder alle mogelijke weersomstandigheden, gedurende meerdere seizoenen. Ervaringen met de huidige windmolens op Neeltje Jans zijn van weinig waarde, omdat de nieuwe molens op andere locaties zijn voorzien en ongeveer tweemaal zo hoog zullen zijn, waardoor ze de vliegbanen van trekvogels raken. Op Neeltje Jans is een nieuwe molen in het duingebied gepland en twee op de rand van dit natuurgebied. Het Zeeuwse Landschap is vooralsnog geen voorstander van deze locaties. Dit vijftien jaar oude duingebied heeft zich fraai ontwikkeld, en zal door plaatsing van de molens sterk in kwaliteit inboeten. Niet alleen zal er sprake zijn van terreinegalisatie, betonfunderingen en groot materieel in het gebied, maar er zou ook een onderhoudsweg in het toch al niet grote duingebied aangelegd moeten worden. De rust- en overwinte ringsfunctie van het duingebied voor vogels zal regelmatig verstoord worden door periodieke onderhouds werkzaamheden aan de molens. Gert-Jcm Buth DOW-adoptie voortgezet Afgelopen najaar werd een nieuw adoptie-contract ondertekend voor het Verdronken Land van Saeftinghe, de Hooge Platen en de Schorren voor de Paulinapolder. De gebieden worden met een forse beheersbijdrage gesponsord door DOW Benelux in Terneuzen. Er is een relatie van vele jaren tussen DOW en Het Zeeuwse Landschap en het nieuwe contract vormt een mooie reden om het verle den eens op een rijtje te zetten. Dat doen we in het volgende nummer. Chiel Jacobusse 20 ZeeuwsLandschap

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2005 | | pagina 20