©©or <^(3iQ^70ai]©öuQ V7(mm? Wie in een winters Zeeland eropuit trekt in polder of schor kan er haast niet naast kijken: groepen ganzen en zwanen die het winterse open landschap aangenaam stofferen. Een aantal enthousiaste Zeeuwse vogelaars laat het, wat die ganzen en zwanen aangaat, niet bij kijken alleen: zij doen hun best om de aantallen in hun regio verblijvende exemplaren elke winter maand te tellen. In dit artikel wordt een verslag van de resultaten gedaan voor het winter seizoen 2003/2004. Chris van Ruswiik Grauwe ganzen Jan-Willem Vergeer Grauwe ganzen echte ganzenkenner Cor Berrevoets, die jarenlang de tellingen coördineer de en nog steeds met grote regelmaat op pad gaat om de ganzen en zwanen op Schouwen-Duiveland te tellen. Cor is bovendien een bron van ken nis als het gaat om de verspreiding en de ecologie van onze ganzen, spe ciaal van wellicht de meest Zeeuwse aller ganzen: de vaak op schorren verblijvende rotgans. Een belangrijke rol is tegenwoordig ook weggelegd voor Rijkswaterstaat: in opdracht van Rijkswaterstaat werkende vogelaars tellen grote delen van Sinds dit jaar worden de Zeeuwse ganzentellingen in opdracht van de Provincie gecoördineerd door SOVON Vogelonderzoek Nederland. Overigens is de rol van de coördi nator tamelijk bescheiden: het zijn immers de tellers die het eigenlijke werk doen! Elk jaar wordt na afloop van het winterseizoen in een beknopt rapport op een rij gezet hoe het staat met de verspreiding en de aantalsont wikkeling van de Zeeuwse ganzen. In het onderstaande wordt een beeld geschetst van een drietal soorten in de winter van 2003/2004: de kleine zwaan, de grauwe gans en de rot gans. Kleine zwaan In het seizoen 2003/2004 hebben bijzonder weinig kleine zwanen gebruik gemaakt van de provincie. Het aantal van 685 exemplaren in november was reeds het op twee na laagste sinds 1990, maar het decem- ber-aantal van 316 exemplaren bete kende een nieuw record sinds 1990: in negatieve zin, wel te verstaan.Ook januari was een magere maand en de aantallen in februari waren, zoals wel vaker in zachte winters, te ver- waarlozen.Het heeft er dus alle schijn van dat veel kleine zwanen slechts korte tijd gebruik hebben gemaakt Sinds beginjaren negentig worden in de periode van oktober tot maart alle gebieden waar de aanwezigheid van ganzen en zwanen vermoed wordt een maal in het midden van de maand geteld. Een groot deel van dit werk wordt uitgevoerd door vrijwil ligers van de verschillende Zeeuwse vogelwerkgroepen. Veel tellers doen al vanaf het begin mee en zijn nog steeds actief in het veld: dat zijn dus mensen waar we gerust de term'su per-vrijwilliger' op kunnen plakken! Een aparte plaats bij de Zeeuwse ganzentellers is weggelegd voor de buitendijks Zeeland op de aanwezige ganzen en zwanen. Een uitzondering hierop is Saeftinghe, waar de voge laars van De Steltkluut al sinds jaar en dag de tellingen verzorgen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2005 | | pagina 8