De Kop van Schou
wen onder het zand
wMmmmÈË
Op 21 november verdedigde Frans Beekman ziin proefschrift 'De Kop van Schouwen onder
het zand. Duizend jaar duinvorming en duingebruik op een Zeeuws eiland'. In deze studie
zijn de oorzaken van de Jonge Duinvorming op Schouwen onderzocht en zijn de gevolgen
bestudeerd die duinoverstuivingen hebben gehad voor het gebruik door de mens. Ook is
gekeken naar de invloed van de mens op de kustontwikkeling. Aan de Oosterschelde wordt
een belangrijke plaats gegeven voor de verklaring van de dynamiek aan de Schouwse kust.
Frans Beekman
Jan Karkdiik
1
'7.7:7.-
,V'l-''."-"'''.'- f:':v
i|
Tussen 1700 en 1750 raakte
het cultuurland van duin-
boer Bolle onder het zand
van de zich landinwaarts
verplaatsende Noordduinen
(nu Verklikkerduinen
genoemd). In 1933 werd
het opnieuw zichtbaar in
een diep uitgestoven duin
vallei, die tegenwoordig
het Koniinencircus heet.
Prentbriefkaart uit archief 9
van Frans Beekman
Zijn fascinatie voor de Schouwse
duinen begon in 1970. Net
leraar aardrijkskunde aan de
Rijksscholengemeenschap in
Zierikzee geworden en woonachtig
op Schouwen, bezocht Frans met
Nico Lysen (opziener Dienst der
Domeinen) de Meeuwenduinen,
die toen nog veel sterker stoven
dan tegenwoordig. De heer Lysen
liet ook aan zijn schoolklassen het
gebied zien. De belangstelling was
gewekt en Frans begon zich te ver
diepen in de historische geografie
van Schouwen. Hij leidde in de jaren
daarna zelf menige excursie. Tijdens
een historisch-geografische excursie
door de Kop van Schouwen in 1990
werd Frans 'ontdekt' door profes
sor Borger, die hem polste over een
promotie. Frans was toen 50. Hij
zei "ja" en zijn onderzoek startte
naast zijn baan als leraar aard
rijkskunde. Hij had één dag in de
week vrij en die kon worden besteed
aan archiefonderzoek. Veel 'los'
onderzoek moest tenslotte worden
samengesmeed tot één verhaal. Dat
was doorploegen, "je hebt er heel
wat zitvlees voor nodig". Na zestien
jaar hard werken is Frans Beekman,
inmiddels gepensioneerd en woon
achtig in Den Haag. op 66-jarige
leeftijd gepromoveerd.
Scherven
Na die vele jaren intensief archief- en
veldstudie weet Frans nog steeds
enthousiast en meeslepend te vertel
len over zijn onderzoek. Tijdens een
wandeling door een stukje van de
Meeuwenduinen bezoeken we enkele
duinvalleien die van belang waren
voor zijn proefschrift. Een foto uit
1987 van één van die valleien laat
een soort van 'archeologisch venster'
zien: de wind heeft in de droge win
ter behoorlijk huisgehouden in de
vallei en een aantal oude, begreppel-
de akkertjes blootgelegd. Overstoven
door het duinzand ergens tussen
1100 en 1200. Nu we in diezelfde val
lei staan, is er niets meer te zien van
dat oude bouwland. De wind heeft
ook dat alweer verstoven. Alleen
wat scherven, die vroeger aanwezig
waren in de bouwvoor, zijn achter
gebleven. Die scherven zijn ooit met
het materiaal van de mestvaalt op
het bouwland terecht gekomen. Op
die mestvaalt kwam vroeger name
lijk ook heel wat huishoudelijk afval
terecht. En soms, per ongeluk, een
geldstukje. Wanneer we een tijdje
naar scherven zoeken, raapt Frans
een oud metalen haakje op. Dat gaat
hij opsturen om te laten bepalen wat
het is en hoe oud.
Als kaarten of andere archiefstuk
ken niets vertellen over de vroegere
aanwezigheid van cultuurland op
de plaats waar nu duinen liggen,
kunnen scherven en oude munten je
een eind op weg helpen. Scherven en
muntjes hebben namelijk heel wat
te vertellen over de periode waarin
de huidige duinvallei cultuurland
was en ook over het moment van
overstuiving door het duinzand.
Frans licht toe hoe dat gaat: "In een
duinvallei zetten we een bepaald stuk
af en verzamelden daar alle scher
ven die we tegenkwamen. Nadat
we deze hadden schoongeborsteld.
werden ze gedateerd. Als je daar dan
ook nog een muntje hebt gevonden,
is je datering des te steviger. De
meest recente scherven geven een
indicatie wanneer de overstuiving
vermoedelijk heeft plaatsgehad." In
zijn onderzoek heeft Frans gebruik
gemaakt van zo'n 20.000 scherven.
Niet alleen verzameld door hemzelf,
want hij kon ook gebruik maken van