vorm veranderen. Het bouwmate
riaal daarbij is zand en slib dat met
het rivierwater wordt aangevoerd.
Met het zeewater kan eveneens zand
naar de kust worden getranspor
teerd. Op satellietfoto's is de sedi-
mentpluim van een rivier vaak fraai
waarneembaar (zie figuur 3). Door
stuwdammen en het kanaliseren van
rivieren, wordt die sedimentaanvoer
belemmert, terwijl bedijkingen in de
rivierdelta's het natuurlijke proces
van opbouw van plaat- en schor-
gebieden doorkruisen. Zo is in
Zeeland met elke inpoldering in het
verleden telkens opnieuw de natuur
buiten de deur gezet. Daardoor
liggen de oude polders nu laag,
terwijl een schorgebied als het
Verdronken Land van Saeftinghe
tot op de dag van vandaagjaarlijks
verder opslibt. Als de natuurlijke
sedimentatieprocessen die normaal
in een deltagebied optreden, op een
slimme manier ingezet zouden kun
nen worden voor een grotere kust-
veiligheid, dan zou dat een flinke
stap voorwaarts zijn. De natuur de
ruimte geven kan niet zomaar over
al. daarvoor is Zeeland (net als veel
andere deltagebieden op de wereld)
al veel te dicht bebouwd. Maar om,
in aansluiting van de ComCoast-
gedachte van de brede kustzone, te
onderzoeken wat mogelijk is aan de
buitenranden van de Zeeuwse eilan
den, dat is wel de moeite waard.
Voor de versterking van de kust-
veiligheid langs de Westerschelde
is in dat verband twee jaar geleden
in dit tijdschrift het concept van de
schorbuffer naar voren geschoven
(figuur 4). Dit concept zou kunnen
worden getest in het kader van het
voorgenomen natuurherstel van
het Schelde estuarium, waarvoor
ontpoldering - nog steeds - een
optie is. Door de bestaande buiten
dijk te voorzien van zorgvuldig
dijken die bedoeld zijn om bij een
eventuele doorbraak van de zeedijk
de instroming van zeewater tot
één of enkele afzonderlijke polders
te beperken. De stormramp van
1953 heeft laten zien dat comparti
mentering inderdaad effectief kan
uitwerken. Door het ontbreken
van een netwerk van binnendijken,
overstroomden de grote oudlandge
bieden van Schouwen en Duiveland
in hun geheel, terwijl elders binnen
dijken wel een rol hebben gespeeld
in het beperken van de overstroming
van het polderland. Regionale
waterkeringen mogen zich dan ook
in een groeiende belangstelling ver
heugen. zowel in Zeeland als elders
in Nederland.
gedimensioneerde openingen, kan
achter deze poreuze dijk, onder de
daarvoor vereiste luwe omstandig
heden, een schorgebied ontstaan
dat geleidelijk hoger opslibt met de
stijgende zeespiegel. Aansluitend
moet achter dit schorgebied een
tweede dijk worden aangelegd die
de feitelijke nieuwe zeekerende dijk
vormt. Met de schorbuffer tussen de
doorlaatbare dijk aan de waterzijde
en de zeekerende 'inlaagdijk' aan
de landzijde ontstaat in feite een
reusachtige golfbreker, die door
een continue, natuurlijke hoogte
aanpassing aan de zeespiegel zijn
beschermende werking behoudt.
De essentie van dit kustontwerp
is dat de sedimentafzetting, een
natuurlijk fenomeen in delta
gebieden, wordt gestuurd met
behulp van de poreuze dijk, ten
behoeve van de kustveiligheid.
Op vergelijkbare wijze zal het zo
wellicht ook mogelijk zijn om de
zandstromen die zich nu via het
water van de Noordzee langs de
kust bewegen, te benutten voor
het creëren van zandbanken en
misschien wel voor het doen
ontstaan van nieuwe duinen langs
de Noordzeekust. Ook de zand-
suppleties (figuur 5) die al jaren
langs de Nederlands kust plaats
vinden om de kust te versterken
en voor erosie te behoeden, laten
nog ruimte voor natuurlijke proces
sen: het kunstmatig opgebrachte
zand wordt door stromingen verder
getransporteerd of kan, eenmaal
op het strand, door verstuiving aan
natuurlijke duinvorming bijdragen.
De verbrede kust als
innovatiezone
De verbrede kust dient allereerst de
veiligheid, maar dat is niet het enige.
Redenerend vanuit de bufferfunctie
die een dergelijke kustzoom heeft,
is. zoals gezegd, woningbouw of een
Natuurlijke processen
inzetten
Delta's zijn dynamische gebieden
die door de krachten van wind en
water van nature voortdurend van
6 ZeeuwsLandschap